Marketing richting de jonge consument: normaliseren is het credo

Het goede nieuws dat marketeers uit de 61ste SWOCC-publicatie over 'de jonge consument' kunnen halen, is dat marketing-communicatie werkt; kinderen die veel reclame zien blijken hun ouders vaker om geadverteerde producten te vragen. Wat dat betreft zijn kinderen net volwassenen, met het verschil dat laatstgenoemden zonder toestemming met hun credit card naar de winkel kunnen lopen, rijden of surfen. Het besef dat óók jonge mensen zich laten beïnvloeden door wat ze om zich heen zien en horen, is voor veel overbezorgde mensen juist slecht nieuws. Ze redeneren dat zeurgedrag, materialisme, overgewicht, seksualisering, minderwaardigheidsgevoelens en geweld allemaal wel eens de schuld zou kunnen zijn van de media en de commercie. Andere invloeden laten ze voor het gemak buiten beschouwing.

Het klinkt zo vanzelfsprekend, dat bedrijven proberen hun product onder de aandacht te brengen, op een zo aantrekkelijk mogelijke wijze. Wie niet zichtbaar is, wordt immers niet gevonden. Diverse anticommercialisten vinden echter dat het kwetsbare kind daartegen beschermd moet worden, en daarom pleiten ze al jaren voor een reclameverbod. Al zelfregulerend heeft het bedrijfsleven een beetje toegegeven, door niet meer te adverteren bij enkele zenders en bladen.

Het budget dat ging naar deze vormen-van-reclame-die-overduidelijk-reclame-zijn wordt inmiddels besteed aan vormen-van-reclame-die-lastiger-als-zodanig-te-herkennen-zijn-en-dus-moeilijker-te-verbieden: merken worden tegenwoordig verwerkt in een game of een evenement, zijn verpakt als branded content of account binnen sociale netwerksites, voeren actie met een supermarktketen of een groepje zangeressen, worden aangeprezen door hippe leeftijdsgenoten of uitgedeeld door promotieteams op straat, hebben characters of sportsterren ingehuurd als uithangbord, enzovoort.

Realiteit anno 2012: reclame is overal, alles is reclame. Reden om aan opvoedingshandboeken een hoofdstuk mediawijsheid toe te voegen. Net zoals we onze kinderen leren fietsen, met mes en vork eten, niet met vreemde mensen meegaan, zo moeten we ze ook uitleggen wat de functie van media is en dat er belangrijker zaken zijn dan logo’s en  uiterlijke kenmerken. Daarin spelen opvoeders, scholen en overheid een belangrijke rol, om te beginnen door niet te verbieden en te overdrijven, maar door duidelijkheid te creëren en te normaliseren.

Moniek Buijzen & Esther Rozendaal zouden Moniek Buijzen & Esther Rozendaal niet zijn als ze niet met een flinke stapel bewijsmateriaal de nodige nuances zouden aanbrengen in het debat over dit complexe onderwerp. Over  kinderen en jongeren is enorm veel onderzoek beschikbaar, de uitgave van SWOCC geeft een goed overzicht van het wetenschappelijke deel daarvan. De auteurs concluderen dat adverteerders jonge consumenten niet moeten vermijden, als je je maar in hen verdiept en met hun gevoeligheden rekening houdt. Daar kan ik het alleen maar mee eens zijn.

Het sluit ook mooi aan bij de visie van de Grote Namen uit Jongerenmarketingland op de toekomst van jongerenmarketing, waar ik hen naar vroeg. Opvallend genoeg draaiden de antwoorden niet om technologie, maar om begrip en goed doen: zorg voor kwaliteit, (opr)echtheid, kennis en dialoog. Want uiteraard moeten ook marketeers hun verantwoordelijkheid nemen. Dat begint met het aanbod (dat is de basis, niet de promotie ervan!). Is het product of de dienst relevant, uniek, mooi, functioneel, …? Maakt het de wereld van onze jeugd een beetje beter? Kinderen en jongeren zijn de leukste doelgroepen die er zijn. Maak er geen misbruik van!

[Dit artikel is in 'De jonge consument' gepubliceerd als voorwoord. SWOCC-begunstigers kunnen het boekje hier bestellen.]

Congres Kids en Jongeren website is van Euroforum BV. Privacy statement | Cookie statement | Copyright ©2024