Wat doe je als je vindt dat er te vaak over kinderen gepraat wordt in plaats van met hen? Paulien Kreutzer (OneTwentyone), Marjolein de Jong (Young Inspiration) en Nina Hoek van Dijke (Jong & Je Wil Wat) besloten om op ‘onderwijsexpeditie’ te gaan. Gesteund door Kennisnet ging het onderzoekscollectief onder de naam Now It’s Our Time langs tien scholen, verspreid over Nederland. Aan de hand van 600 gesprekken met 6-16-jarigen en 495 ingevulde vragenlijsten is onderzocht wanneer kinderen leren, hoe ze leren en wat hun ervaringen zijn op school.
Uit de onderzoekspublicatie Samen leren, het onderwijs volgens generatie Z (pdf) blijkt dat leerlingen de leraar als belangrijkste beïnvloeder zien in het onderwijs. De docent moet wel strenger worden opgeleid en hij moet zich kunnen verplaatsten in het individu met eigen wensen en doelen in plaats van één klas met één hoofddoel. Zij vragen dus om persoonlijke aandacht en daarmee om personalisering van het onderwijs. Kinderen hebben behoefte aan een context. Ze hebben behoefte aan antwoord op de vraag ‘waarom?’.
Leerlingen zien dat scholen worstelen met de inzet van technologie. Daarom zouden scholen een visie op technologie moeten ontwikkelen. Volgens generatie Z moet de school beter nadenken waarom, hoe en wanneer digitale leermiddelen worden ingezet. Het uitsluitend aanschaffen van digitale apparaten zet geen zoden aan de dijk. Een digibord heeft weinig meerwaarde als het wordt gebruikt als krijtbord, zoals nu op 80% van de scholen het geval is. Over de toepassing van technologie in het onderwijs moet zorgvuldig worden nagedacht. Er moet doorlopend worden getest en bijgeleerd.
Leerlingen verwachten dat docenten hen wegwijs maken met de principes van informatie op internet. Kinderen willen graag leren welke bronnen op internet wel en niet betrouwbaar zijn en hoe ze informatie moeten beoordelen. Ze willen mediawijs gemaakt worden. In interactie met de docent willen de leerlingen leren omgaan met de verleidingen van sociale media en de eindeloze mogelijkheden van het wereldwijde web. Doorgaans leggen scholen eenzijdig de nadruk op de gevaren van het internet. Maar het internet biedt ook veel kansen, maar die worden nauwelijks belicht.
Leerlingen snappen goed dat hun docenten geen digital natives zijn. Daarom helpen de leerlingen hen graag met ‘knoppenwijsheid’ en nieuwe toepassingen. Dit neemt niet weg dat leerlingen behoefte hebben aan meer ict-vaardigheden. Ze willen graag leren hoe ze de mogelijkheden die ict biedt kunnen inzetten om doelen in leven te bereiken.
De leraar is voor leerlingen heel belangrijk, maar op sociale media willen ze de docent absoluut niet tegenkomen. Wel vinden ze dat leraren moeten weten welke sociale media er zijn. Generatie Z leert veel uit papieren boeken, televisie, van ouders, broers en zussen en van de gesprekken die ze voeren via internet. Computers en laptops of tablets worden bij voorkeur gebruik voor ontspanning.
Leerlingen vinden school de fijnste plek om te leren en ze leren er ook het meest. Er is structuur, weinig afleiding, sociale druk en gezelligheid. Dus ondanks de mogelijkheden van ict is voor de leraar voor hen onmisbaar en zal de school als plek om te leren niet verdwijnen. Maar het onderwijs mag wel wat praktischer en uitdagender. Generatie Z wil graag weten waarom ze bepaalde zaken moeten leren. Ze willen de wereld graag beter begrijpen daarom hebben ze behoefte aan meer actualiteit in het onderwijs en aan duiding bij de actualiteit. Generatie Z is zich ervan bewust dat ze die kennis nodig heeft voor een succesvolle toekomst in een wereld met veel onzekerheden.
Zie voor meer informatie het onderzoeksrapport (deze pdf bevat links naar filmpjes en geluidsfragmenten, zodat je de stem van kinderen ook kan bekijken en beluisteren).