CBS Jaarrapport 2015 Landelijke Jeugdmonitor: ‘Nederland telt 4,9 miljoen jongeren, vooral te vinden in Bijbelgordel en studentensteden’

Het CBS heeft het Jaarrapport 2015 (pdf) van de Landelijke Jeugdmonitor gepubliceerd, een inkijk in de staat van de jeugd die beschrijft hoe het gaat met de bijna 5 miljoen jongeren in Nederland. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft zes maatschappelijke indicatoren omschreven die gemeentelijke beleidsmakers meer inzicht bieden in de staat van de jeugd en die ze kunnen relateren aan het jeugdhulpgebruik: wonen en veilig opgroeien, school, werk, middelengebruik, politiecontacten en kindermishandeling.

Deze indicatoren staan centraal in de uitgave, de achtste jaargang alweer. De publicatie is gratis als pdf beschikbaar, en dus voor een ieder te lezen. Ik beperk me daarom hier tot de belangrijkste conclusies:

  • Nederland telt 4,9 miljoen jongeren (0-25 jaar), dat is 29% van de bevolking. Gemeenten met veel jongeren zijn vooral te vinden in de Bijbelgordel en in studentensteden, weinig jongeren zijn er in krimpregio’s aan de randen van het land. Inmiddels heeft een kwart van de jongeren ten minste één ouder die buiten Nederland is geboren. Daarnaast groeien steeds meer jongeren op in een eenoudergezin.
  • Een op de vijftien minderjarige kinderen woonde in 2013 in een bijstandsgezin. Kinderen uit een laaginkomensgezin zijn beperkter in deelname aan vrijetijdsactiviteiten en hebben vaak te weinig geld voor een vakantie of nieuwe kleren.
  • In het schooljaar 2014/’15 zaten bijna 1,5 miljoen leerlingen in het reguliere basisonderwijs, een kleine 37.000 leerlingen volgden speciaal basisonderwijs en 31.000 leerlingen volgden basisonderwijs op een speciale school. Ruim 985.000 jongeren zaten in het voortgezet onderwijs, bijna 40.000 jongeren zaten in het voortgezet speciaal onderwijs. En om het onderwijsplaatje compleet te maken: 437.000 jongeren tot 25 jaar volgden een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs343.000 in het hbo en 199.000 in het wo.
  • In 2014 daalde het aandeel jongeren van 15 tot 27 jaar met werk opnieuw. Tegelijkertijd nam de werkloosheid af, doordat minder jongeren zich aanbieden op de arbeidsmarkt.
  • In Nederland rookte ruim 22% van de jongeren van 12 tot 25 jaar in 2010/2014. Deze jonge rokers hebben vaker lichamelijke klachten en ervaren hun gezondheid als minder positief, zowel lichamelijk als psychisch. Rokende jongeren gebruiken meer zelfzorgmedicijnen, leven minder gezond, bewegen minder en drinken meer alcohol. Het aandeel rokende jongeren is het grootst in het noorden, en van de vier grootste gemeenten rookt in Utrecht bijna een derde van alle jongeren — flink meer dan in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.

jonge rokers

  • Het aandeel jongeren met ondergewicht of (ernstig) overgewicht is vergelijkbaar voor rokers en niet-rokers. In beide groepen heeft 4% ondergewicht, 17% overgewicht en 4% ernstig overgewicht (obesitas) in 2010/2014.
  • In 2014 zijn 73.000 jongeren (2,4%) van 12 tot 25 jaar als verdachte van een misdrijf geregistreerd. Vooral onder minderjarigen is het aandeel verdachten hoger naarmate de woonbuurt meer stedelijk is.

Het Jaarrapport is een gezamenlijke publicatie van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Centraal Bureau voor de Statistiek. De inhoud is gebaseerd op cijfers die op de website landelijkejeugdmonitor.nl staan. Waardevolle (basis)informatie!

CBS-onderzoek: ‘Een op de zes jongeren zegt verslaafd te zijn aan sociale media, vooral meisjes’

“Ik ben verslaafd aan sociale media” — dit zegt 17% van de jongeren in Nederland. Bovendien kunnen sociale media volgens jongeren een negatieve invloed hebben op hun concentratievermogen, nachtrust en schoolprestaties. Dit blijkt uit het onderzoek Belevingen van CBS. Meisjes zijn vaker verslaafd dan jongens. Van de meisjes tussen 12 en 18 jaar zegt 22% verslaafd te zijn aan sociale media, zoals Facebook, Whatsapp, Instagram, Skype of Youtube. Onder jongens van deze leeftijd is dit met 13% een stuk lager.

Meisjes besteden ook meer tijd op sociale media; 14% is elke dag 5 uur of langer actief. Onder jongens is dit 6%. De meeste jongeren zitten 1 tot 3 uur per dag op sociale media. Slechts 1% zegt geen sociale media te gebruiken. Onderstaand een grafiek van het aantal uren per dag dat 12-18-jarigen aan sociale media besteden.

verslaafd1

Dat meisjes vaker zeggen dat ze verslaafd zijn, kan te maken hebben met hun betrokkenheid bij sociale media. Meisjes geven vaker dan jongens aan dat ze het fijn vinden als anderen hun berichten liken, retweeten of delen. Meisjes voelen zich ook vaker onrustig als er een bericht binnenkomt dat ze niet direct kunnen bekijken en zijn vaker bang om dingen te missen als ze niet online zijn. Hieronder is het belang dat jongeren aan sociale media hechten grafisch weergegeven.

verslaafd2

Volgens 47% van de jongeren heeft sociale media een negatieve invloed op een of meerdere onderdelen van hun leven. De grafiek hieronder maakt duidelijk dat ze zich door sociale media bijvoorbeeld minder goed kunnen concentreren, slechter slapen of slechter presteren op school. Meisjes hebben hier vaker last van dan jongens. Nagenoeg alle jongeren geven de voorkeur aan persoonlijke ontmoetingen boven contact via sociale media. Toch vindt bijna de helft van de 12- tot 18-jarigen dat sociale media een positieve uitwerking hebben op hun contact met familie en vrienden. Het vergemakkelijkt volgens hen het contact met familie en vrienden die verder weg wonen en ze hebben meer, vaker of sneller contact met mensen.

verslaafd3

Ondanks het feit dat jongeren een aantal uren per dag actief zijn op sociale media, ze gevoelig zijn voor reacties en regelmatig negatieve gevolgen ervaren, vinden jongeren niet dat sociale media een zeer belangrijke plek innemen in hun leven. Als aan jongeren gevraagd wordt om door middel van een cijfer van één tot en met tien aan te geven hoe belangrijk sociale media voor hen zijn, geven zij gemiddeld een 6,4. Jongeren die zeggen dat ze verslaafd zijn aan sociale media geven een 7,7.

Zie voor meer informatie de CBS-paper Jongeren over sociale media (pdf).

[Foto uit project Sur-Fake van Antoine Geiger]

Lees ook:

CBS vat doorsnee dag samen in video van 1,5 minuut: ‘414 huwelijken, 92 scheidingen en 478 geboortes’

Leuk en interessant: het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vat in een video een gemiddelde dag in Nederland samen. De ‘explanimation’ geeft in 1,5 minuut weer hoeveel kinderen er worden geboren, hoeveel mensen er overlijden, trouwen en scheiden, en hoeveel verhuizingen er plaatsvinden. Handig om even op een rijtje te krijgen dat de bevolkingsteller nu op zo’n 16,9 miljoen mensen staat, rond 2040 waarschijnlijk op 18 miljoen. “Elke dag is vol van demografische bedrijvigheid“, aldus de leverancier van  statistische informatie.

De Nederlandse bevolking groeit met 136 mensen per dag; er worden 245 jongens en 233 meisjes geboren. Gemiddeld trouwen 414 mensen per dag en lopen 92 huwelijken na een echtscheiding op de klippen. Van de 7,6 miljoen huishoudens hebben er 1,1 miljoen 1 kind, een even groot aantal heeft 2 kinderen. 407 duizend huishoudens hebben 3 kinderen of meer, 224 gezinnen bestaan uit 10 kinderen of meer. Al jaren sterven er in Nederland minder mensen dan er worden geboren, maar vanaf 2037 is dat omgekeerd en overlijden er meer mensen dan er ter wereld komen. In 2040 is ruim een kwart van de bevolking ouder dan 65 jaar. 

Maja, het is natuurlijk veel aantrekkelijker om onderstaand filmpje te bekijken dan om bovenstaande tekst te lezen!

[youtube http://www.youtube.com/watch?v=WoW9n262DqQ]

“CBS, voor wat er feitelijk gebeurt.”

Klik hier hier voor een postertje (pdf) met de kerncijfers van een doorsnee dag.

Leefstijlmonitor CBS/RIVM: ‘Overgrote meerderheid jongeren eet onvoldoende groente, fruit en vis’

Nederland eet te weinig groente, fruit en vis. Slechts een kwart van de bevolking haalt de Richtlijnen Goede Voeding van de Gezondheidsraad. Vooral bij jongeren lijkt het alsof het eten van fruit, groente en vis niet is ingeburgerd in het dagelijks leven. Allochtonen voldoen vaker aan de norm dan autochtonen, ouderen eten vaker ‘bloemkool, een appel of een harinkje’ dan jongeren. Dat blijkt uit gegevens die in 2014 voor het eerst in de Gezondheidsenquête zijn verzameld voor de nieuwe Leefstijlmonitor van het CBS en het RIVM.

Met drie op de tien kinderen in de basisschoolleeftijd die wel genoeg fruit eten, eten ze ondermaats. De groep daarboven heeft nog minder op met fruit, want van de 12- tot 16-jarigen voldoet slechts 14% aan de richtlijn! Wordt men ouder, dan neemt de fruitconsumptie weer toe: 45% van de 75-plussers eet genoeg fruit. Bij groente is hetzelfde patroon naar leeftijd zichtbaar. Ruim drie op de tien 4- tot 12-jarigen eten elke dag voldoende groente. De 16- tot 20-jarigen halen het minst vaak de norm: twee op de tien eten dagelijks genoeg groente. Als de leeftijd stijgt, neemt ook de groenteconsumptie toe tot ruim vier op de tien van de 75-plussers. Ook het percentage mensen dat genoeg vis eet hangt samen met leeftijd. Van de 12- tot 16-jarigen haalt vrijwel niemand (6%) de norm. Ouderen tussen de 65 en 75 jaar eten met 23 procent het vaakst twee keer per week vis, waarvan minstens een keer vette vis.

Percentage-mensen-dat-voldoet-aan-richtlijnen-fruit-groente-en-vis-naar-leeftijd-2014-15-04-22

Een kwart van alle mensen vanaf 4 jaar eet volgens de richtlijnen voor gezonde voeding voldoende fruit, al eten vrouwen (30%) vaker voldoende vruchten dan mannen (22%). Kinderen tot en met 8 jaar moeten volgens de norm dagelijks anderhalf stuks fruit eten. Voor iedereen ouder dan 9 jaar geldt de dagelijkse fruitnorm van twee stuks fruit, zoals granaatappels, peren, mandarijnen of bananen. Bij ruim een kwart van de Nederlandse bevolking staat dagelijks voldoende groente op tafel. Hierbij is geen verschil tussen mannen en vrouwen. Het advies voor kinderen van 4-8 jaar is om dagelijks 100 gram groente te eten. Voor zowel 9-13-jarigen als 71-plussers wordt 150 gram aanbevolen en voor 14-70-jarigen is 200 gram groente, zoals broccoli, snacktomaten, aubergines of asperges de norm. De norm om zeker twee keer per week vis te eten, waarvan minimaal een keer vette vis zoals zalm, haring of makreel, leeft slechts 14% van de bevolking na.

De verschillen tussen lager opgeleiden en hoger opgeleiden die aan de norm voor fruit voldoen, zijn niet groot. Hoger opgeleiden voldoen echter vaker aan de norm voor groente en vis dan lager opgeleiden. Er is echter verschil tussen opleidingsniveaus met betrekking tot de leeftijd. Jongeren zijn vaker hoger opgeleid dan ouderen. Als rekening wordt gehouden met de verschillen in geslacht en leeftijdsopbouw, eten hoger opgeleiden vaker genoeg fruit dan lager opgeleiden. Ook worden de verschillen tussen hoger opgeleiden en lager opgeleiden voor groente en vis groter.

Mensen van allochtone afkomst voldoen vaker aan de richtlijnen voor groente en vis dan autochtonen. Zo eet 36% van de westerse allochtonen elke dag 2 ons groente tegen ruim 30% van de niet-westerse allochtonen en ruim een kwart van de autochtonen. Ook wat betreft de fruitnorm wordt er in Nederland ondermaats gegeten, al haalt 30% van de westerse allochtonen wel de norm van twee vruchten per dag. Niet-westerse allochtonen volgen met 26% en autochtonen sluiten de rij met 25%. Het ‘visquotum’ staat onder zware druk. Met 19% eten mensen van niet-westerse allochtone afkomst nog het vaakst zeker twee keer per week (vette) vis; 17% van de mensen van westerse buitenlandse afkomst en slechts 13% van de autochtonen haalt deze norm.

[Bronnen: CBS, RIVM]

CBS Jaarrapport 2014 Landelijke Jeugdmonitor: ‘91% van de jongeren positief over eigen gezondheid’

Het CBS heeft vandaag het jaarrapport 2014 (pdf) van de Landelijke Jeugdmonitor gepubliceerd. Het boekwerk* geeft een breed overzicht van hoe Nederlandse jongeren van 0 tot 25 jaar leven. Dat wordt gedaan aan de hand van vijf invalshoeken: jongeren en gezin, gezondheid en welzijn, onderwijs, arbeidsmarkt en veiligheid en justitie. Wat bijvoorbeeld naar voren komt is dat bijna één op drie jongeren van 18 tot 25 jaar wel eens rookt en bijna één op de vijf jongeren in dezelfde leeftijd overgewicht heeft. Tegelijkertijd ervaart bijna 91% van de jongeren de eigen gezondheid als (zeer) goed.

Jongeren die roken en jongeren met overgewicht zijn minder positief over hun gezondheid dan niet-rokende jongeren en jongeren zonder overgewicht. Het aandeel jongens met ernstig overgewicht is de laatste jaren licht toegenomen, bij meisjes bleef het gelijk. Overgewicht neemt toe met de leeftijd.

aandeel overgewicht

Dit zijn enkele andere conclusies uit het jaarrapport:

  • Bijna drie op de tien inwoners van Nederland is jonger dan 25 jaar, dat zijn 5 miljoen jongeren;
  • Ongeveer een kwart van de jongeren is van allochtone herkomst, van wie de meeste wel in Nederland zijn geboren;
  • Steeds meer jongeren groeien op in een eenoudergezin;
  • Jongens die in 2013 werden geboren hebben een levensverwachting van ruim 79 jaar, meisjes van ruim 83 jaar;
  • Kinderen van hogeropgeleiden hebben een hogere levensverwachting;
  • Meisjes volgen vaker dan jongens een opleiding in de havo of het vwo, ook in het hoger onderwijs zijn er meer meisjes dan jongens;
  • Eén op de tien jongeren gaat voortijdig van school;
  • De jeugdwerkloosheid nam afgelopen jaren fors toe en meer jongeren werden afhankelijk van een uitkering;
  • Jonge mannen en vrouwen zijn in hun beroepskeuze vaak nog erg traditioneel, ongeacht hun onderwijsniveau;
  • 42% van de werkende jongeren is flexwerker;
  • Mannen met een technische opleiding hebben het hoogste inkomen;
  • De jeugdcriminaliteit is in 2012 verder gedaal; in 2012 werden bijna 75.000 jongeren (2,5%) van 12 tot 25 jaar door de politie aangehouden voor een misdrijf,
    ruim een derde van alle in Nederland aangehouden verdachten in dat jaar.

*Het rapport is een gezamenlijke publicatie van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Centraal Bureau voor de Statistiek. De inhoud is gebaseerd op cijfers die op de website www.landelijkejeugdmonitor.nl staan.

CBS daagt scholieren uit de economie te voorspellen in ‘ConjunctuurBekerStrijd’‏

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) organiseert voor de vierde keer de ‘ConjunctuurBekerStrijd’ (niet toevallig afgekort ook CBS). Bij deze wedstrijd voorspellen klassen op een leerzame manier de economie van Nederland. Ze kijken daarbij naar tien conjunctuurindicatoren, zoals de economische groei en de werkloosheid. Leerlingen worden op weg geholpen door verschillende hints en tips. Ze zullen historische reeksen analyseren, indicatoren vergelijken, verbanden leggen en het nieuws volgen om tot een goede voorspelling te komen.

Door leerlingen voorspellingen te laten doen van verschillende onderdelen van de conjunctuur moeten ze hun kennis uit het boek omzetten in praktijk en aanpassen aan de actualiteit. Ze leren verschillende bronnen te gebruiken en te combineren, tabellen en grafieken te lezen en contexten toe te passen.

De ConjunctuurBekerStrijd is bedoeld voor leerlingen in havo-5, vwo-5 en vwo-6. De klassen dienen vóór 1 oktober 2014 hun voorspelling ingeleverd te hebben. In maart 2015 zal de uitslag bekend worden gemaakt. De klas met de beste voorspelling wint de conjunctuurbeker en een workshop.

De wedstrijd is onderdeel van CBS in de Klas, gratis specifiek CBS-materiaal dat docenten direct in hun lesprogramma kunnen gebruiken. Op dit moment biedt het CBS materiaal aan voor de vakken economie, aardrijkskunde, maatschappijleer en wiskunde in het voortgezet onderwijs. De ambitie is om ook materiaal voor andere vakken en onderwijssoorten toe te voegen.

Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor: ‘Bijna 5 miljoen jongeren in Nederland’

Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het Centraal Bureau voor de Statistiek hebben gezamenlijk het Jaarrapport 2013 Landelijke Jeugdmonitor (pdf) gepubliceerd. De inhoud is gebaseerd op cijfers die op de website landelijkejeugdmonitor.nl staan. De uitgave presenteert actuele gegevens en relevante ontwikkelingen over jongeren, verdeeld over zeven thema’s: jongeren in de bevolking, gezinssituatie, gezondheid, onderwijs, van leren naar werken, sociale zekerheid en veiligheid en justitie.

Binnen elk thema komen onderwerpen over jongeren aan bod, waarvan eerst de actuele, landelijke situatie wordt geschetst. Vervolgens toont de publicatie aan de hand van een kaart van Nederland een beeld van de ontwikkeling op gemeenteniveau.

Nederland telt anno 2013 bijna 5 miljoen inwoners jonger dan 25 jaar. Sinds eind jaren negentig is het aantal jongeren nog maar weinig veranderd. Op elke honderd inwoners in Nederland zijn er 29 jonger dan 25 jaar. Dit cijfer kent een sterke regionale variatie. Er worden meer jongens dan meisjes geboren. Bijna een kwart van de jongeren is allochtoon, waarvan twee derde van niet-westerse herkomst is. Naar verwachting komt het aantal jongeren in 2060 maximaal 200.000 lager uit dan in 2013.

Dit zijn enkele andere feiten uit het rapport (129 pagina’s):

  • In Urk is bijna de helft van de inwoners jonger dan 25 jaar, tegenover één op de vijf in Vaals.
  • Eén op de vijf minderjarige kinderen in Amsterdam en Rotterdam groeit op in een huishouden met kans op armoede.
  • Het aantal geregistreerde misdrijven onder jongeren van 12 tot 25 jaar daalde in negen van de tien gemeenten.
  • Rotterdam heeft het grootste aandeel niet-westers allochtone jongeren van Nederland: bijna de helft. De rest van de top-10 bestaat eveneens vooral uit gemeenten in de Randstad.
  • Met 4,5 geboorten per 1.000 meisjes van 15 tot 20 jaar bereikte het geboortecijfer onder tienermeisjes de laagste waarde die ooit door het CBS is waargenomen.
  • Van alle thuiswonende kinderen van 0 tot 18 jaar maakt 30% deel uit van een allochtoon huishouden.
  • Van alle minderjarige kinderen woont één op de zeven in een eenoudergezin.
  • In 2011 maakten ruim 33.000 0- tot 18-jarigen de echtscheiding van hun ouders mee, een aandeel van ruim 9 op de 1.000 kinderen.
  • Het aandeel jongeren dat rookt is afgenomen, van ruim 29% in 2001 tot ruim 22% in 2012.
  • Ruim 15% van de jongeren heeft overgewicht.
  • Enzovoort.

Fijn om weer recente basiscijfers te hebben!

Kids en Jongeren Marketing blog website is van Euroforum BV. Privacy statement | Cookie statement | Copyright © 2021