Na Puberbrein Binnenstebuiten (hoe jongeren zich tussen hun 10e en 25e ontwikkelen — ruim 50.000 keer verkocht!) en Over de Top (over talentontwikkeling van jongeren) is Motivatie Binnenstebuiten (het geheim achter gemotiveerde pubers, enthousiaste leerlingen en gedreven studenten) een logische opvolger waarin veel kennis uit de eerste twee publicaties samenkomt. Huub Nelis en Yvonne van Sark van jongerencommunicatiebureau YoungWorks gaan in hun derde boek op zoek naar de werking van motivatie.
Dat is niet alleen een zeer actueel thema in opvoeding en onderwijs, maar ook in de media waar jongeren nogal eens bekritiseerd worden. Anjuly de Geus beschreef het in #GeenFilter al vanuit het oogpunt van de jongere zelf, in Motivatie Binnenstebuiten komen de experts aan het woord. In het eerste deel van het boek wordt dieper ingegaan op motivatie: wat is het en hoe ontstaat het? Daarna wordt ingezoomd op domeinen als opvoeding, onderwijs, arbeidsmarkt en vrije tijd. Feiten uit de literatuur worden gecombineerd met een indrukwekkend aantal interviews met schooldirecteuren, huiswerkinstituten, managers van bedrijven, wetenschappers, docenten en jongeren zelf. Het boek is rijkelijk geïllustreerd: 112 foto’s, speciaal voor deze uitgave geschoten door André Bakker, die naar eigen zeggen de situaties en emoties van de jeugd wilde vastleggen. Het zijn ‘slechts’ sfeerplaatjes, die niet echt een relatie hebben met (of iets toevoegen aan) de inhoud.
Maar hoe zit het met die inhoud? Doel is dat het boek bruikbaar is voor ouders, docenten, stagebegeleiders, leermeesters en managers, dus eigenlijk zo’n beetje iedereen die met jongeren te maken heeft, waarvan de meesten zich met een wanhopige ondertoon wel eens afgevraagd zullen hebben hoe hen te motiveren. De auteurs hopen lezers te helpen om jongeren beter te kunnen ondersteunen in de zoektocht naar hun persoonlijke motivatie: hoe kun je jongeren in beweging krijgen voor dingen die ze zelf nog niet hebben bedacht en nog niet overzien?
Ik betwijfel of die hamvraag afdoende wordt beantwoord. Zeker in de eerste hoofdstukken wordt er lang om de kern heengedraaid, vroeg ik me af wanneer het echt ging beginnen. Hoe relevant is bijvoorbeeld een vergelijking uit het werk Phaedrus van de Griekse filosoof Plato? Zodra de beschrijvingen concreter worden, wordt het meteen interessanter. En leerzaam is het zeker. Zo weet je na het lezen van de uitgave dat niet-gemotiveerd zijn een neutrale situatie is, dat aan de elementen competentie, autonomie en verbinding voldaan moet worden, dat motivatie geen eigenschap is, dat de plaats in de groep van levensbelang is (dat komt dan ook steeds terug), dat scaffolding een zinvolle manier van begeleiden is, dat de grootste valkuil voor veel jongeren is dat ze nog niet genoeg zelfkennis hebben om te weten wat hen echt interesseert, dat de vraag waarom ze iets moeten weten/kunnen een ontzettend belangrijke vraag is, enzovoort.
Ondanks de achtergrond van de auteurs is het geen marketingboek (het gaat er niet over hoe je jongeren enthousiast kan maken voor bepaalde producten/diensten). En ondanks het onderwerp is het evenmin een zelfhulpboek (de tips aan het einde van elk hoofdstuk zijn wél handig, en er zijn talloze goede (of op zijn minst goed bedoelde) adviezen voor opvoeders). Wie meer wil weten over het onderwerp motivatie is echter aan het juiste adres, dat wordt gedegen uit de doeken gedaan — interessante materie, prima geschreven. En door de interviews en veelzeggende quotes wordt een goede koppeling met de praktijk gemaakt. Die praktijk zal echter veelal weerbarstiger en genuanceerder dan deze theorie van een kleine 300 pagina’s doet vermoeden. Neemt niet weg dat dit tot een belangrijk (en veel verkocht) boek kan uitgroeien, niet alleen omdat motivatie voor iedereen en met het oog op de toekomst relevant is, maar vooral omdat hier zoveel zinvolle informatie verzameld is.
Om een betere indruk van de inhoud te geven, ben ik — zoals gebruikelijk in mijn reviews — zo vrij om het boek samen te vatten in de vorm van de tien meest opvallende oneliners:
- ‘Jongeren zijn niet lui; ze zijn selectief gemotiveerd’ (pagina 25)
- ‘Het is de kunst omstandigheden te creëren waarin jongeren vanuit zichzelf gemotiveerd raken’ (51)
- ‘Voorheen werd veel voor hen uitgestippeld en bedacht; nu moeten, of nee, mógen ze het zelf bepalen‘ (58)
- ‘Volwassenen onderschatten heel vaak dat jongeren ook voor hen aan het werk zijn; om te zorgen dat hun vader trots op ze is of om die geweldige docente te laten zien dat ze haar vak begrijpen’ (64)
- ‘Het is belangrijk dat jongeren overzien waar ze naar op weg zijn’ (65)
- ‘Als games eerder waren uitgevonden dan de boekdrukkunst, dan was de kans groot dat er nu een levendig debat heerste over de nadelen van boeken’ (92)
- ‘Geef geen persoonscomplimenten (‘Je bent hier echt goed in’), maar procescomplimenten (‘Je gaat hierin enorm vooruit’)’ (136)
- ‘Als de eskimo’s meer dan twintig woorden hebben voor de term ‘sneeuw’, dan moet het ons toch ook lukken om meer betekenis en reikwijdte te geven aan het begrip ‘iets leuk vinden’?’ (166)
- ‘Veel jongeren hebben geen idéé‘ (218)
- ‘Bespaar je de frustratie van de gedachte dat intrinsieke motivatie altijd het hoogste doel is’ (268)
Het boek is hier te bestellen. Geïnteresseerden kunnen ook een inspiratiesessie of masterclass over dit onderwerp bijwonen.