Hoe ga je als werkgever met jongeren om?

Veel bedrijven hebben jongeren met een bijbaan in dienst. Eén op de drie jongeren van 13 en 14 jaar werkt al en bijna 60% van de 15- en 16-jarigen. Dat zijn ruim 300.000 jongeren die bij werkgevers aan de slag zijn. Populaire banen zijn vakkenvullen, kassière en de krantenwijk of folders rondbrengen. Albert Heijn, Jumbo en PostNL/Netwerk VSP zijn de beste werkgevers.

Geld, geld, geld
Jongeren hebben een bijbaan voor het geld en voor niets anders. 43% van de jongeren heeft meteen al een bestedingsdoel als ze geld krijgen. Ze willen zelfstandigheid en vrijheid hebben om leuke dingen te doen en te kopen. Ook willen ze onafhankelijk zijn van hun ouders. Status door het hebben van mooie dure spullen kan ook een rol spelen. Soms is het helaas zo dat een bijbaan een financiële noodzaak is voor jongeren.

Bij jongeren (tot 14 jaar) zijn de keuzes van geld uitgeven vaak nog niet doordacht. Ze willen direct hun behoeften bevredigen. Later is te laat. Vanaf hun 15 gaan jongeren meer geld uitgeven. Ze gaan vaker uit en dat brengt kosten met zich mee. De bijbaan biedt uitkomst.

Jongeren zijn op die leeftijd nauwelijks in staat om te plannen. Ze nemen een bijbaan zonder te beseffen of dat wel lukt met het huiswerk en alle andere bezigheden zoals sporten en gamen. Er zijn ook jongeren die zoveel werken dat ze nauwelijks tijd over hebben voor hun huiswerk. Er ligt een maatschappelijke taak bij de werkgevers om hierop te letten. Het slecht kunnen plannen heeft tot gevolg dat jongeren vaak snel stoppen met een bijbaan omdat het toch niet past in hun bezigheden. Dat kost werkgevers veel geld.

In de bijbaan vinden jongeren het salaris belangrijk maar ook de sfeer, collega’s en het aantal (flexibele) uren.

De werkgever en jongeren
Maar hoe ga je als werkgever met jongeren om? Jongeren die midden in de pubertijd zitten, die heel anders denken en doen als volwassenen en vaak een andere motivatie om te werken hebben. Om daarachter te komen volg je eigenlijk een normaal marketingtraject. Dat start met het maken van een goede doelstelling. Wil je bijvoorbeeld jongeren werven of behouden? Je kijkt naar de interne organisatie; hoe gaat de organisatie op dit moment met de doelgroep om, hoe wordt er gecommuniceerd, welke kernwaarden worden gehanteerd, hoe lopen de huidige processen? Daarna volgt de externe analyse: wat doen de concurrenten en wat speelt er op de markt aan relevante ontwikkelingen? De volgende stap is cruciaal: praat met de doelgroep, leef je in, wat is voor hen belangrijk? Werk eens een paar uur mee om te kijken hoe het werk is. Uit voorgaande stappen volgt de strategie en vervolgens de communicatie strategie en de marktbewerking. Uiteraard meet je via een 0- en 1-meting het resultaat.

Vanuit diverse onderzoeken, strategie ontwikkeling en gesprekken geef ik de volgende adviezen:

  • Wees authentiek, open en eerlijk naar jongeren.
  • Behandel jongeren gelijkwaardig.
  • Behandel ze als een echte collega of hoe je zelf door je baas wil worden behandeld.
  • Voer regelmatig een gesprek met jongeren over hoe het werken gaat.
  • Communiceer de voor- en nadelen van de bijbaan.
  • Selecteer nauwkeurig; praat met de jongere of de bijbaan echt wel past in hun (drukke) schema. Besef dat ze niet goed kunnen plannen en dat het de jongere om het geld gaat.
  • Hanteer duidelijk taalgebruik. Ga niet populair doen. Gebruik korte zinnen, veel bullets en bij voorkeur visuals of video.
  • Stel competenties op zoals ‘klantgerichtheid’ en train de medewerkers die met jongeren contact hebben.
  • Beloon jongeren met waardering en extra’s.

Bronnen: Nibud Scholierenonderzoek 2012-2013; Intelligence group; Bijbanenmonitor 2013; Money Mindsets WWJB; onderzoek Netwerk VSP; Vibes voor je merk  [Illustratie via Ads of the World]

Nationaal Stage Onderzoek 2013: ‘Student wordt zonder reden afgewezen voor een stageplaats’

Bijna een kwart van de Nederlandse studenten wordt zonder reden afgewezen voor een stageplaats waarop zij hebben gesolliciteerd, zo blijkt uit het Nationaal Stage Onderzoek 2013*. Waar bijna een kwart van de studenten (22,3%) aangeeft wel eens zonder reden te zijn afgewezen voor een stageplaats, geeft ook ruim een derde van de studenten (35,1%) aan wel eens te zijn afgewezen omdat de stageplaats reeds is ingevuld. Wanneer echter gevraagd wordt naar de meest voorkomende reden van een afwijzing vanuit de bedrijvenkant, vormen redenen als het ontbreken van enthousiasme (30,4%), een niet overeenkomend profiel (16,8%) en slechte communicatieve vaardigheden (14,2%) de top 3.

De sollicitatiekwaliteiten van studenten wordt met een 7,1 hoger ingeschat door studenten dan door de bedrijven met een 6,3. Deze wederkerende trend is jaarlijks terug te zien in het Nationaal Stage Onderzoek en zou dichter bij elkaar kunnen worden gebracht wanneer studenten eerlijker feedback krijgen over hun reden van afwijzing.

De begeleiding vanuit scholen wordt door zowel de studenten als de bedrijven als minste beoordeeld. Waar studenten de begeleiding vanuit school gemiddeld een 6,0 geven, beoordelen de bedrijven deze begeleiding nog ietsje lager met een 5,9. Naast duidelijkere feedback van bedrijven is het dus ook van belang dat scholen de studenten beter voorbereiden op het sollicitatieproces. Vaak gaat het om de eerste sollicitaties van studenten en krijgen ze hier geen of weinig les in op school alvorens de stage gaat beginnen.

Dit zijn enkele andere resultaten uit het onderzoek:

  • De meeste bedrijven werven stagiairs via scholen, ook wordt het eigen netwerk veel gebruikt en zijn vacaturesites populair; 28% zet sociale media in;
  • Bedrijven komen vaak taalfouten tegen in de CV’s van studenten; een incompleet CV komt ook vaak voor en vervolgens is het de opmaak waar de meeste fouten in worden gemaakt; bedrijven zien zelden onwaarheden in de CV van een student;
  • Voor studenten zijn de werkzaamheden de belangrijkste kenmerken van een stage (72%), gevolgd door de sfeer binnen het bedrijf (71%);
  • Mannen verwachten gemiddeld €261,26 stagevergoeding te krijgen voordat zij aan hun stage beginnen, vrouwen €225,23 (en ja, mannen krijgen in de werkelijkheid ook een hogere vergoeding);
  • Wo’ers krijgen de meeste stagevergoeding, gevolgd door hbo’ers, mbo’ers en tot slot vmbo’ers;
  • Meer vmbo’ers en mbo’ers denken een baan aangeboden te krijgen dan hbo’ers en wo’ers;
  • Van alle respondenten geeft 3% aan gediscrimineerd te zijn tijdens de stage, 2% is gepest en 2% heeft te maken gehad met seksuele intimidatie;
  • Gemiddeld beoordelen bedrijven de stagiairs met een 7,3.

De belangrijkste conclusies uit de studie zijn samengevat in onderstaande infographic.

nso_2013_infographic

*Het Nationaal Stage onderzoek wordt jaarlijks uitgevoerd door stagebemiddelaar Stageplaza. Representatief is het niet: de enquêtes zijn verspreid via het adressenbestand van Stageplaza en er zijn respondenten bereikt via sociale media. De enquête voor studenten is ingevuld door 2.145 respondenten, de enquête voor bedrijven door 523 respondenten.

Kraantje Pappie rapt voor Defensie: ‘Welkom in het echte leven’ #werkveld

In de jacht naar nieuw personeel zoekt Defensie naar eigen zeggen de creatieve grenzen op. Dat heeft geleid tot de inzet van Kraantje Pappie om jonge infanteristen te trekken. De rapper stak hiertoe het infanterielied uit de jaren ‘40 in een eigentijds jasje. Aanvankelijk ging het alleen om een remake van het strijdlied, maar het project groeide uit tot een complete videoclip (zie ook de 'making of'). De wervingscampagne en Kraantjes nummer 'Werkveld' zijn momenteel te zien op online jongerenplatforms en muziekzenders.

"We zijn constant op zoek naar nieuwe mogelijkheden om de doelgroep te benaderen. Daarbij willen we zo dicht mogelijk tegen hun belevingswereld aan gaan zitten. Wij denken dat Kraantje Pappie de perfecte match is." [Campagnemanager Robbie Bax]

"Dit was een te gekke opdracht. Zo’n kans krijg je maar één keer. Mijn enige eis was dat ik mijn eigen stijl mocht aanbrengen en dat is gelukt. Het is een rauw nummer geworden. En weet je, een leger is écht nodig. Ik verbind hier veel liever mijn naam aan dan dat ik in bijvoorbeeld een hamburgerreclame figureer." [Kraantje Pappie]

[De video komt van de hand van Sil van der Woerd en het nummer is geproduceerd door Nightwatch.]

De campagne voor infanteristen bij de landmacht volgt na de lancering van de nieuwe tv-commercial. In die wervingsspot is een militair te zien die de longen uit zijn lijf rent om mensenlevens te redden. De infanteriecampagne en de tv-commercial zijn onderdeel van de campagne 'Werken bij Defensie. Je moet het maar kunnen'. De krijgsmacht heeft vooral behoefte aan infanteristen, vliegers, mariniers, verpleegkundigen, technici en marechaussees.

Supermarkt en horeca bieden populairste bijbanen van Nederland; Albert Heijn favoriete werkgever

Jongeren werken naast hun studie het liefst als vakkenvuller of caissière. Ook oppassen/babysitten, een bijbaan in de bediening en voedselbereiding en een krantenwijk staan in de top 5. Een bijbaan als chauffeur, in de beveiliging of in de reisbranche zijn het minst populair. Verder gooit werken als callcentermedewerker naast de studie weinig hoge ogen. Dit blijkt uit de meest recente peiling naar de populairste bijbanen in Nederland van Intelligence Group, uitgezet onder 1.856 studenten en scholieren.

Wanneer en gevraagd wordt welke werkgevers favoriet zijn, geven zij de voorkeur aan Albert Heijn, gevolgd door Jumbo, PostNL, Rabobank en C1000.

Een bijbaan is voor jongeren vooral een financiële aangelegenheid; voor twee op de drie studenten en scholieren is werken naast de studie nodig voor het verkrijgen van extra inkomsten. Voor studenten is deze financiële noodzaak het grootst. Zij geven significant vaker dan scholieren aan te werken naast hun studie vanwege een gebrek aan inkomsten. Daarnaast vinden studenten het moeilijker dan scholieren om aan een bijbaan te komen.

Volgens Conny Roobol, arbeidsmarktanalist van Intelligence Group, is deze uitkomst begrijpelijk: "In tegenstelling tot de periode aan het begin van de crisis toen werkgevers moeilijk aan geschikte kandidaten voor een bijbaan konden komen, zien we nu dat werkgevers een groter potentieel tot hun beschikking hebben. Niet alleen jongeren, maar ook ouderen solliciteren op bijbanen. Bij studenten zien we deze verdringing sterker dan bij scholieren."

De financiële noodzaak voor een bijbaan trekt overigens een wissel op de voortgang van de studie van zowel studenten als scholieren; een op de drie geeft te kennen dat een bijbaan nadelig uitpakt voor het studietempo.

Voor 77% van de studenten en scholieren is een bijbaan een mooie aangelegenheid om werkervaring op te doen. Voor enkele bijbanen geldt dat deze direct in relatie staan tot de opleiding. Dit is het geval voor een bijbaan in de verzorging of als monteur. Een bijbaan in de verzorging is populair onder studenten en scholieren die een opleiding volgen in de verzorging/verpleegkunde, gezondheidszorg of binnen het sociale domein. Een bijbaan als monteur is in trek onder studenten en scholieren met een ICT- of technische studieachtergrond. Verder blijkt dat een bijbaan als vakkenvuller vooral populair is onder scholieren tussen de 15-20 jaar op het (v)mbo; een bijbaan als oppasser/babysitter juist onder jonge vrouwen.

[Afbeelding via werk.ah.nl]

Trendboekje ‘TechKnow 2013’ om jongeren voor techniek te enthousiasmeren

Afgelopen week is het jongerentrendboek TechKnow 2013 (pdf) gepubliceerd, bedoeld om technische bedrijven handvatten en tips te geven voor een goede communicatie met (nieuwe) jonge werknemers. Hoe kom je met jongeren in contact, wat houdt hen bezig en hoe zijn ze te enthousiasmeren voor de techniek? Op die vragen geeft de uitgave van TechniekTalent.nu antwoord. TechKnow is gebaseerd op het Bètamentality-model, dat verschillende typen jongeren onderscheidt, die ook uiteenlopende motivaties hebben om voor techniek te kiezen.

“We proberen vooral de jongeren te bereiken die nog niet vanzelfsprekend voor techniek kiezen, maar er wél interesse voor hebben. Die aandacht wekken is één van de hoofddoelen van het Techniekpact. TechKnow biedt goede handvatten aan bedrijven om zó te communiceren dat het aansluit bij de leefwereld van jongeren. Dat is wezenlijk om de komende jaren voldoende instroom voor de technische sector te realiseren.” [André van der Leest, TechniekTalent.nu]

Er kiezen momenteel te weinig jongeren voor een technische opleiding en carrière. Om Nederland concurrerend te houden zijn talenten nodig, veel talenten. Bovenop de verwachte instroom vanuit het onderwijs kunnen bedrijven uitdagend werk bieden aan duizenden extra technici. Tegelijk gaat de komende jaren een groot aantal technici met pensioen. Het Techniekpact moet de samenwerking tussen het onderwijs en het bedrijfsleven bevorderen, de kwaliteit van het techniekonderwijs verbeteren en bij meer jongeren belangstelling wekken voor techniek.

Een eerste editie in 2011 had vooral tot doel het technische bedrijfsleven bewust te maken van de noodzaak om meer jongeren geïnteresseerd te krijgen in de techniek. De tweede uitgave is praktischer geworden met meer voorbeelden en tips. TechKnow is gratis te bestellen op www.techknow.nu. De publicatie is gemaakt door YoungWorks.

BijBanen Monitor 2013: ‘Jongeren zijn voor bijbaan in crisis tot alles bereid’

Jongeren tussen de 18 en 25 jaar zijn door de economische crisis al blij als ze baan hebben. Wat ze verdienen en of ze relevante werkervaring opdoen is van onderschikt belang. Dit blijkt uit onderzoek* van vacaturesite BijBanen.nl onder meer dan 1.700 jongeren. Slechts 25% van de respondenten heeft een bijbaan die aansluit bij zijn studie, terwijl 64% dat zou willen hebben. Het aanbod van banen is op dit moment zo klein dat van 12% van de jongeren genoegen neemt met een salarisverlaging.

Een kwart zegt actief ander werk te zoeken, maar dat niet te kunnen vinden, ondanks veelvuldig solliciteren. "Dit geeft wel aan hoe lastig het voor jongeren is op de arbeidsmarkt. Bijverdienen was altijd de belangrijkste reden om te werken. Jongeren hebben het geld hard nodig. Eén op de drie heeft aan het einde van de maand helemaal geen geld over." Aldus Laurens Simonse van BijBanen.nl.

Voor het eerst in jaren is er een daling van het bruto uurloon zichtbaar. In de periode 2008 tot en met 2010 steeg het bruto uurloon nog, maar in 2012 waren de salarissen als minder gestegen dan de inflatie. Het gemiddelde bruto uurloon van jongeren tussen de 13 en 26 jaar kwam dit jaar uit op 7,23 euro, een daling van maar liefst 9,4% ten opzichte van 2012. 

In 2013 kunnen jongeren het beste een bijbaan hebben in de marketing-, media- of finance branche. Het gemiddelde bruto uurloon binnen deze sectoren ligt boven de 11 euro. Een bijbaan als postbezorger of promotiewerk levert hen het minste op: hier is het gemiddelde bruto uurloon onder de 7 euro.

Voor het eerst geven jongeren aan een fijne werksfeer en leuke collega's belangrijker te vinden in een bijbaan dan een goed salaris. Dit terwijl ze zeggen in de toekomst (bijvoorbeeld na het afstuderen) wel weer meer waarde te hechten aan een goed betaalde baan.

De crisis zorgt ervoor dat jongeren koste wat kost vasthouden aan hun bijbaan. Een groot gedeelte van de respondenten, 42 procent, geeft aan de huidige baan te blijven doen tot er een betere gevonden is. Een op de zeven respondenten zegt er alles aan te doen om zijn huidige baan te behouden. Een jaar geleden was dat nog 8 procent.

Bijna driekwart van de jongeren zegt geen geld van hun ouders te ontvangen voor hun levensonderhoud. Hoe ouder de respondenten zijn, hoe minder geld ze overhouden en hoe minder zij ook sparen. Van het salaris wordt door jongeren tot 18 jaar het grootste gedeelte (40%) uitgegeven aan kleding en verzorgingsartikelen. Vanaf 18 jaar gaat het grootste gedeelte van het inkomen (27%) op aan vaste lasten.

*Jaarlijks ondervraagt BijBanen.nl jongeren uit de eigen database(!) over onderwerpen als inkomsten, uitgaven, werk en carrièreperspectief. De resultaten uit het onderzoek vormen de BijBanen Monitor-2013 (pdf). De studieis weliswaar niet representatief, maar geeft desondanks een aardige indicatie van de stand van zaken op werkgebied.

Scholier ziet baankansen in gezondheidszorg, techniek & ICT

De sectoren gezondheidzorg, techniek en ICT bieden volgens Nederlandse jongeren de beste kansen op werk. Bij overheid, toerisme en transport schatten zij de baankansen een stuk minder rooskleurig in. Bij beroepskeuze gaan meisjes vooral voor sfeer en jongens voor het geld. Dit blijkt uit een groot onderzoek op Habbo en Hyves naar het oriëntatiegedrag van scholieren bij studie- en beroepskeuze, uitgevoerd in opdracht van Scholieren.tv.

De ondervraagde jongeren gaven aan in welke sectoren zij de kans op werk het hoogst inschatten. Net als voorgaande jaren scoorden de sectoren gezondheidzorg (25%) en techniek (15%) het beste. Jongens zien vooral baankansen in de techniek en meisjes in de gezondheidzorg. Transport en logistiek wordt gezien als de sector met minst gunstige perspectieven op werk. Opvallend is dat de kans op een baan binnen de sectoren gezondheidzorg en ICT in de ogen van de jongeren is gestegen. De sector onderwijs is voor wat betreft verwachte baankansen juist flink gedaald, deze stond in 2010 nog op de tweede plek.

Zo'n 60% van de jongeren geeft aan een goed beeld te hebben van de keuzemogelijkheden, dat is flink minder dan een jaar geleden, toen lag dat nog op 78%. Het percentage jongeren dat een goed beeld heeft van de te kiezen beroepen stijgt van 50% op 10-jarige leeftijd naar 75% op 15-jarige leeftijd.

Voor de scholieren is de sfeer op het werk het belangrijkst. Voor 34% is het de doorslaggevende factor om voor een bepaalde beroepsgroep of werkgever te kiezen, 23% van de ondervraagden vindt salaris het belangrijkst. Jongens hechten de meeste waarde aan salaris en meisjes aan werksfeer. Gemiddeld neemt het belang van salaris af naarmate de jongeren ouder worden en neemt het belang van werksfeer juist toe. Baangarantie wordt steeds belangrijker voor jongeren in hun beroepskeuze, waadoor deze keuzefactor steeds vaker wordt meegenomen in studievoorlichting.

Uit het onderzoek bleek dat de scholieren zich vooral op school (45%) en thuis (35%) oriënteren. Ouders blijven erg belangrijk als studiekeuzeadviseurs, maar naarmate de scholieren ouder worden krijgt de school een grotere rol. Het maken van online studie- en beroepskeuzetesten blijft de voornaamste informatiebron, gevolgd door het bezoeken van open dagen. Ruim 4% geeft aan de Beroepenkrant te gebruiken als informatiebron tijdens hun oriëntatie op studie en beroep.

*Het onderzoek is uitgevoerd in juli en augustus 2012 door Scholieren.tv op Habbo Hotel en Hyves. In totaal hebben 4.405 scholieren op Habbo en 1.041 scholieren op Hyves in de leeftijd van 10 tot 17 jaar oud meegewerkt aan het online onderzoek.

[Foto: Peretz Partensky]

Kids en Jongeren Marketing blog website is van Euroforum BV. Privacy statement | Cookie statement | Copyright © 2021