Gastblogger

Onze gastbloggers zijn allemaal autoriteiten op het gebied van kids- en jongerenmarketing.

Ontdek de kansen van esports voor jouw bedrijf

Esports is vandaag de dag een markt van ruim 180 miljard euro, waardoor het 3,5 keer groter is dan de filmindustrie en 7 keer groter dan de muziekindustrie. Daarnaast kijken wereldwijd ruim 500 miljoen mensen naar esports competities, een aantal vergelijkbaar met honkbal, en spelen 2,7 miljard mensen zelf mobiele games. Het formaat van de markt maakt het voor bedrijven aantrekkelijk om de eigen naamsbekendheid te laten groeien onder de jeugd, maar hoe betreed je deze industrie? Koen Schobbers, de eerste Nederlandse esporter met een topsportstatus, vertelt je hier meer over tijdens het Kids- en Jongeren Marketing Congres, op 27 juni 2022 in de Jaarbeurs!

Koen Schobbers en esports

Koen Schobbers heeft veel verschillende rollen gehad binnen de esports industrie. Zijn carrière begon in 2007 als professionele gamer met het spel Trackmania, waar hij door de jaren heen vele prijzen voor heeft gewonnen. Hij studeerde daarnaast om chirurg te worden, waardoor hij de eerste Nederlandse esporter werd met een topsportstatus. Deze opleiding heeft hij in de wacht gezet om zijn passie te volgen, wat uiteindelijk heeft gezorgd voor prachtige samenwerkingen en kansen, zoals:

  • Presentator bij ESPN
  • Bestuurslid van de Global Esports Federation
  • Oprichter van Koenz
  • Oprichter van Parents of Play
  • Auteur van ‘Mijn Gamende Kind’
  • Professionele spreker bij wereldwijde evenementen

Koen kent de verschillende facetten van deze industrie goed. Hij heeft de ontwikkeling van esports als industrie van dichtbij meegemaakt, ook toen er nog veel stigma was. Hij is dus dé expert die jou kan adviseren over de kansen om naamsbekendheid onder de jeugd te realiseren binnen esports.

Waar komt de populariteit van esports vandaan?

Esports zijn dus ontzettend populair, maar waar komt dit vandaan? Hiervoor maakt Koen de vergelijking met traditionele sporten. De jeugd kijkt naar mensen die op het hoogste niveau presteren met iets wat ze zelf doen of waar hun interesse ligt. Het is een competitieve omgeving die de mogelijkheden van nieuwe technologieën en het internet benut. De mogelijkheden maken het (audio)visueel aantrekkelijk om naar esports te kijken, maar biedt ook de kans om esports in te zetten als sociaal medium. De jeugd spreekt na school online af en ontmoet leeftijdsgenoten. Het is dan ook een belangrijk element in de identiteitsvorming van jongeren. Een andere reden waarom esports populair zijn, is het feit dat esporters erg benaderbaar zijn. Je kan direct met ze communiceren via het online platform, maar ook op evenementen maken ze graag een praatje.

De toekomst van esports

Koen Schobbers ziet de toekomst van esports steeds fysieker worden. VR, AR en MR worden namelijk steeds populairder, waardoor sport en esports gecombineerd worden. Deze combinatie van werelden zorgt ervoor dat ze beide innoveren, esports steeds fysieker en sport steeds technologischer. Gaming en esports zullen daarnaast blijven groeien, het aantal kijkers van 500 miljoen mensen groeit jaarlijks namelijk met 8,7 procent. Het heeft geen grenzen, zowel qua groei als sociaal. Je spreekt en speelt dankzij esports met mensen van over de hele wereld, waardoor het zeker een plekje heeft in de toekomst van sport.

De verschillende kansen voor jouw bedrijf

Esports is op meerdere manieren te vergelijken met traditionele sporten, zo ook op het gebied van sponsoring. Je kiest er bijvoorbeeld voor om teams of evenementen te sponsoren, activiteiten te organiseren met esporters of hen ambassadeur te maken van jouw merk. Het is geschikt voor allerlei branches: van voeding om fysiek en mentaal fit te blijven, tot technologie om te kunnen gamen en educatie als onderdeel van de opvoeding van ouder én kind. De diverse mogelijkheden van sponsoring in esports stellen jou in staat om de potentie van esports te benutten: naamsbekendheid én loyaliteit realiseren onder de jeugd. Jonge consumenten hebben namelijk nog maar weinig merkvoorkeuren als zij op zoek gaan naar een product. Je kan een plek in hun brein veroveren door prominent aanwezig te zijn bij iets wat waar zij passie voor hebben. De jeugd leert hierdoor jouw bedrijf kennen en zij denken aan jouw product als ze iets willen kopen. Je creëert hiermee dus niet alleen naamsbekendheid, maar ook loyaliteit.

Schrijf je in voor het congres

Wil jij weten hoe je esports kunt inzetten om de naamsbekendheid van jouw merk onder de jeugd te verbeteren? Bezoek dan het Kids- en Jongeren Marketing Congres! Koen Schobbers en vele andere experts in het vakgebied vertellen je graag meer, dus schrijf je nu in!

CORPUS: een lijf show van formaat

Sinds de start in 2008 hebben inmiddels ruim 2,4 miljoen mensen bij CORPUS de enerverende ‘reis door de mens’ gemaakt. Het concept van CORPUS was in meerdere opzichten vernieuwend en is tot op de dag van vandaag uniek.

CORPUS ‘reis door de mens’

In CORPUS beleeft de bezoeker in 55 minuten een spectaculaire ‘reis door de mens’. Begeleid door een audiotour – beschikbaar in 8 talen – beleven groepen van maximaal 16 personen de ‘reis door de mens’. Gedurende de dag vertrekt om de 7/8 minuten een ‘reis’waarvoor groepsmatig of individueel (via internet) geboekt kan worden. Na de ‘reis’ wordt het belang van Veel bewegen, Verantwoord eten en Gezond leven onderstreept in ‘mijn CORPUS’ – het interactieve tweede gedeelte van het bezoeke aan CORPUS. Hier zijn bijzondere exhibits en games met een schat aan extra informatie over het menselijk lichaam te bezoeken en te beleven.

Educatieve attractie

CORPUS werd – in een tijd waarin musea bij kinderen niet altijd tot de verbeelding spraken – gepositioneerd als een ‘educatieve attractie’. In een decennium waarin steeds meer ‘experiences’ opkwamen en niet altijd een lang leven beschoren waren, heeft CORPUS jaar na jaar een bezoekersaantal laten zien van zo’n 225.000 bezoekers, wat feitelijk betekent dat – doordat gewerkt wordt met tijdsloten – met name tijdens vakanties nog vaak sprake is van dagen waarop CORPUS uitverkocht raakt. Hoewel bij bezoekers van de educatieve attractie – in de volksmond toch vaak ‘museum CORPUS’ genoemd – de gedachte allereerst is dat alles om de anatomie draait is dit maar deels zo: de anatomie van de mens wordt gebruikt om bewondering op te wekken voor de werking van een gezond lichaam en het belang van ondersteuning van de gezondheid van het lichaam. In de woorden van oprichter en bedenker Henri Remmers: “Een gezond leven is voor iedereen essentieel; daarbij speelt kennis een sleutelrol. Onze visie is dat bezoekers na CORPUS ‘reis door de mens’ met een andere kijk op hun lichaam naar huis teruggaan.”. Vanaf het allereerste begin dus een boodschap van preventie.

Corpus ©Frank van Beek

Preventie

In zekere zin liep CORPUS voor op wat nu steeds wijder verspreid raakt: de boodschap van preventie en ‘positieve gezondheid‘. Bij CORPUS wordt dit samengebracht in 3 kernwaarden: Veel bewegen, Verantwoord eten en Gezond leven. . ‘Veel bewegen’ hoeft niet altijd te betekenen dat je veel tijd in een sportschool moet doorbrengen maar is wel een oproep om in beweging te blijven: traplopen, vaker de auto laten staan, wandelen … de positieve effecten hiervan alleen al zijn van het grootste belang.  Ook voor voeding geldt dat extremen hierin niet het doel zijn: ‘Verantwoord eten’ betekent met name dat je goed nadenkt over alles wat je tot je neemt. Een goede balans waarin slechts bij uitzondering aan verleidingen wordt toegegeven en in voldoende mate de voor het lichaam benodigde bouwstoffen aanwezig zijn! Met de kernwaarde ‘Gezond leven’ kan een variëteit aan zaken die belangrijk kunnen zijn samengevat worden: mentale gezondheid, ontspanning etc..

CORPUS richt zich daarbij op een breed publiek van 8 tot 88 … in marketingtermen natuurlijk een onmogelijkheid en ook niet geheel overeenkomstig de feitelijke situatie. Met een minimum leeftijd van 6 jaar – onder meer op basis van de benodigde aandachtspanne en de hoeveelheid informatie  – en een adviesleeftijd vanaf 8 jaar staat vooral de leeftijd van 8- 12 jaar nadrukkelijk centraal tijdens vakanties en weekends. In de leeftijdscategorie waarin ‘ontdekken’ centraal staat lopen kinderen met name warm voor grote thema’s als bijvoorbeeld ruimtevaart en het menselijk lichaam. Voor basisscholen en middelbare scholen is de ‘super biologieles’ bovendien een goede toevoeging aan het lesprogramma.

Founding Fathers

Een belangrijke succesfactor van CORPUS is de partnerships waarmee gezamenlijk inhoud wordt gegeven aan de missie op gezondheid. Aan de basis hiervan staan een aantal ‘Founding Fathers’ die zich al voor de totstandkoming van CORPUS verbonden aan de organisatie en ‘Health Partners’ met wie in de laatste jaren een samenwerking tot stand is gekomen. In de missie op gezondheid trekt CORPUS op met Gezondheidsfondsen (Hersenstichting Nederland, KWF Kankerbestrijding, Nierstichting, Stichting MS Research, Visio, Diabetesfonds Maag Lever Darm stichting Nederlandse Hartstichting, Platform Sterke Botten), (semi-) overheidsinstanties (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en sport , Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Voedingscentrum , Nederlandse Transplantatiestichting, Kenniscentrum Sport, RIVM, ZonMW, Hoorstichting (onderdeel van VeiligheidNL)) Universitaire instellingen (Leids Universitair Medisch Centrum, Wageningen University and Research), commerciële partijen  (Astellas, Bayer, Friesland Campina, Dunea) en campagnematige programma’s (KiKa, Stop TBC).

De samenwerking met deze partners is heel breed en binnen de communicatie van CORPUS wordt de koppeling naar de deelmissies van de partners steeds gezocht om zo meerwaarde te creëren voor de bijdrage van de partners. Een belangrijke component is voor de meeste partijen hun ‘exhibit’ – een interactieve, aantrekkelijke en educatieve presentatie van de (deel)missie in ‘mijn CORPUS’. De intrinsieke geïnteresseerde bezoekers – die al de keuze hebben gemaakt om naar CORPUS te komen en door de ‘reis door de mens’ al zijn ondergedompeld in gezondheidsdenken – zijn in het tweede gedeelte van hun bezoek aan CORPUS zeer ontvankelijk voor de informatie waarmee de partners ze in aanraking laten komen. Na de ‘reis’ – een verhaal over de werking van lijf en leden voor iedereen – kunnen de bezoekers in ‘mijn CORPUS’ inzoomen wat voor hen belangrijk is. Hier presenteren partners bijvoorbeeld informatie over zoutreductie in eten (Nierstichting), over het belang van slaap voor hersengezondheid (Hersenstichting) of over voldoende beweging ter voorkoming van trombose (Bayer). Voor vrijwel alle partijen geldt ‘jong geleerd is oud gedaan’ en CORPUS neemt daarmee binnen de jongerenmarketing van de partners een belangrijke plaats in.

Corpus ©Frank van Beek

Met content marketing het Safari Meeting Centre scherp profileren

Koninklijke Burgers’ Zoo heeft als missie om (bedreigde) dieren te beschermen en te behouden en zoveel mogelijk mensen de verwonderlijke wereld van de natuur te laten beleven. We willen gasten daarmee inspireren, iets meegeven en zo mogelijk hun gedrag met betrekking tot dieren en natuur te beïnvloeden. We willen met deze inspiratie uit de natuur ook onze zakelijke gasten wat leren over dieren en planten, waarbij ze de verrassende en verhelderende inzichten kunnen inzetten in het beleid van hun organisaties. Het moderne zakelijke congrescentrum van Burgers’ Zoo, het Safari Meeting Centre, zet daarom sterk in op bio-inspiratie als inhoudelijk thema met toegevoegde en onderscheidende waarde.

De unieke locatie inspireert tot een ontdekking van de natuur
Het Safari Meeting Centre biedt zijn gasten aan één kant een prachtig panorama over de Oost-Afrikaanse savanne met giraffen, zebra’s, antilopen en neushoorns. Aan de andere zijde kijken zakelijke bezoekers op boomtopniveau uit over het mysterieuze tropische regenwoud met zijn talloze kleurrijke dierlijke bewoners. Met een tropisch koraalrif van acht miljoen liter water en een eveneens overdekte Amerikaanse rotswoestijn op loopafstand mag de locatie ronduit uniek genoemd worden. Deze avontuurlijke omgeving inspireert mensen om nieuwsgierig op ontdekkingsreis te gaan: zowel letterlijk als figuurlijk!

Bio-inspiratie als spiegel voor het eigen functioneren
Vooral bij verschillende leiderschapsstijlen kunnen we veel inspiratie halen uit de dierenwereld. Zo leidt een volwassen zilverrug (gorilla) zijn groep vrouwen en hun jongen op een hele andere wijze dan de alfaman bij de chimpansees dat doet. Dat komt alleen al doordat de sociale groepsstructuur bij gorilla’s enorm verschilt met die van chimpansees, waarbij het een stuk complexer is. Bij gorilla’s is de zilverrug de absolute baas en bovendien de enige volwassen man in zijn groep. Bij chimpansees leven meerdere volwassen mannen samen in complexe onderlinge relaties. In principe zijn de mannen bij chimpansees de baas, maar zonder de steun van de invloedrijke vrouwen zijn ze nergens! Een chimpanseeleider moet vooral over uitstekende sociale vaardigheden beslissen, kunnen geven en nemen en zeker ook verzoenende vaardigheden bezitten. En wanneer we niet alleen naar deze twee mensapensoorten kijken, maar ook naar andere apensoorten dan kunnen we heel verschillende vormen van leiderschap en sociale groepsdynamiek onderscheiden en vergelijken wat de voor- en nadelen zijn. Dit is slechts één van de vele praktische voorbeelden van bio-inspiratie.

Columns, blogs, workshops en presentaties van biologen
Burgers’ Zoo heeft veel biologische kennis in huis en is op diverse terreinen (inter)nationaal toonaangevend. Zo is er veel expertise op het gebied van het kweken met haaien en roggen (Burgers’ Zoo is de grootste kweker ter wereld van gevlekte adelaarsroggen bijvoorbeeld) en koralen. De Arnhemse chimpanseekolonie is internationaal beroemd geworden en beroemde gedragswetenschappers als Frans de Waal, Otto Adang en professor emeritus Jan van Hooff hebben jarenlang onderzoek gedaan in Burgers’ Zoo. Om natuurgetrouwe ecosystemen zoals het tropisch regenwoud (Bush), de rotswoestijn (Desert), het tropisch koraalrif (Ocean), de Oost-Afrikaanse savanne (Safari) of het zoutwater vloedbos (Mangrove) te managen, is veel kennis en ervaring nodig bovendien. Op diverse platforms en in verschillende (vak)media verzorgen biologen van Burgers’ Zoo columns en blogs met als thema bio-inspiratie. Zo hebben bijvoorbeeld De Financiële Telegraaf en het magazine MT een serie columns van hoofd educatie Constanze Mager gepubliceerd, waarin zij inspirerende en prikkelende vergelijkingen heeft gemaakt tussen de mensenwereld en het dierenrijk. Ook bij dieren bestaat er zoiets als een optimale groepsgrootte voor het meest efficiënt functioneren. En van de taakverdeling van een hechte familiegroep stokstaartjes kunnen veel bedrijven een hoop leren. Vanuit deze online en offline publicaties bouwen we waardevolle linkbuilding op en creëren we positieve ‘rumour around the brand’ door met relevante inhoud onze meerwaarde als bijzondere zakelijke locatie te profileren. Met deze strategie en filosofie profileert het Safari Meeting Centre zijn unieke onderscheidende vermogen op het gebied van bio-inspiratie sterk. Geïnspireerde zakelijke partijen kunnen vervolgens kiezen uit een scala van mogelijkheden om hun zakelijke bijeenkomst in het moderne congrescentrum van Burgers’ Zoo te verrijken en te verdiepen met workshops, presentaties, rondleidingen onder leiding van speciaal opgeleide dierentuingidsen of speciale opdrachten waarmee groepen gasten het dierenpark verkennen op zoek naar de antwoorden.

Bingo Battle! Herontdek het museum met 7 BN’ers: van rappers en vloggers tot acteurs!

Hoe krijg je jonge mensen enthousiast over musea? Het is een vraag die de instellingen al langer bezighoudt en ook voor de overheid is het een hot item. MuseumTV en CJP hebben daarom, met hulp van het Mondriaan Fonds, de Bingo Battle in het leven geroepen. Na onderzoek onder en interactie met de doelgroep is er voor een nieuwe aanpak gekozen: een ‘challenge’ in een street art huisstijl die goed past bij het kijkgedrag van deze jongeren. Doelgroepsrelevante BN’ers als Guido Spek, Sophie Milzink, Akwasi, Tabitha en Christina Curry nemen hen mee naar dit voor hen nog wat onontdekte terrein: het museum. 

Vanaf donderdag 6 september wordt er iedere week een nieuwe video gereleased, met video’s die zich onder andere afspelen in het Van Gogh Museum, het Eye Filmmuseum, het COMM Museum, het Stedelijk Museum Breda en Rijksmuseum Boerhaave. Bekijk nu de eerste video met Guido Spek in het Afrika Museum op www.bingo-battle.nl en kom er achter of hij… in het leembad moet!

Wat willen jongeren zien?

Musea zien in dat jongeren, voor wie kunst en cultuur misschien minder vanzelfsprekend is, absoluut te interesseren zijn voor dit onderwerp – mits het op een andere manier wordt aangepakt. Jonge mensen kijken namelijk op een andere, meer intuïtieve manier naar kunst, cultuur en wetenschap: ze willen dingen ontdekken vanuit hun eigen interesses. Ze blijken vooral geïnteresseerd in cultuur die aansluit bij hun jeugdcultuur en belevingswereld en het internet is voor hen een belangrijke bron voor cultuurparticipatie. Het is ook belangrijk dat de challenge niet een kwestie is van simpelweg wat plaatjes afvinken: deze jonge mensen willen ook dingen doen in het museum, interactieve activiteiten die hen stimuleren om anders naar het museum te kijken.

Met name ook jongeren uit het mbo willen daarnaast niet het gevoel krijgen dat ze bepaalde voorkennis missen. Het is voor musea dan ook van belang om deze jongeren elementen te laten zien waar ze zich in kunnen herkennen. Zo geven ze deze doelgroep het gevoel dat kunst, cultuur en wetenschap ook te relateren zijn aan hun dagelijkse leven. Yuki Kho, bekend van Kunst Kijken met Ko en Kho, presenteert de serie waarbij ze op een intuïtieve en pretentieloze manier kijkt naar kunst en cultuur. Het is een manier die mensen stimuleert om vooral zelf een mening te vormen. Het jonge team achter het project heeft bovendien verschillende focusgroepen ingeschakeld om ervoor te zorgen dat het eindresultaat goed aansluit op de jongeren. Deze interactie met de doelgroep is essentieel. Musea kunnen daarbij langdurig profiteren van de campagne omdat jongeren de bingokaart zelf kunnen downloaden of kunnen spelen in de MuseumTV app.

Het team achter de Bingo Battle: MuseumTV en CJP

Samen staan deze twee stichtingen sterk. MuseumTV heeft inmiddels 140 musea op haar video-on-demand platform geplaatst met als doel om kunst en cultuur voor iedereen gratis bereikbaar te maken. Er wordt daarbij ingezet op online marketing en bereik: tussen mei en augustus 2018 bereikte MuseumTV 2,2 miljoen mensen. MuseumTV werkt hiervoor ook samen met partners die buiten de culturele sector opereren, zoals KPN, NS en de HEMA. CJP voegt daar tientallen jaren ervaring in het cultureel interesseren van deze jonge doelgroep aan toe. Een perfecte match dus!

MuseumTV oprichter Marieke van der Donk wil “zo veel mogelijk mensen in contact brengen met kunst en cultuur. We zetten daarbij ook in op nieuwe doelgroepen en jongeren horen daar zeker bij! We hebben het concept ook niet alleen voor hen ontwikkeld, maar juist ook samen met hen.”

CJP directeur Walter Groenen voegt daaraan toe dat CJP “het belangrijk vindt dat het Bingo Battle concept is afgestemd op én met mbo-studenten. Het succes van de MBO Card, de opgedane expertise en gesprekken met de doelgroep hebben geleid tot een nieuwe aanpak. Met de YouTube-serie willen we musea aantrekkelijk maken voor iedereen.”

Maarten Jeukens, brand manager voor het Afrika Museum zegt dat hij hoopt “op meer van dit soort filmpjes, want ze laten zien dat musea alles behalve saai zijn!”.

Neem voor vragen over dit project gerust contact op via florentina@museumtv.nl!

Events organiseren om doelgroepen te enthousiasmeren en te binden

Als marketeer in een dierenpark zoals Burgers’ Zoo sta je voor veel uitdagingen: hoe blijven we de vaste bezoekers telkens weer prikkelen en tot een volgend bezoek verleiden? Hoe kunnen we zoveel mogelijk dagbezoekers dusdanig enthousiasmeren dat we hen in abonnementhouders kunnen converteren? En ten derde: hoe kunnen we nieuwe doelgroepen aanboren en tot een bezoek aan ons park verleiden?

Het organiseren van events als instrument

De marketingstrategie bestaat uit het plannen, uitvoeren, analyseren en telkens verder verfijnen van een gevarieerde verzameling aan instrumenten, campagnes en concepten die samen één op elkaar afgestemd geheel vormen. We lichten het organiseren van events er in dit artikel uit om nader toe te lichten. De vijf schoolvakantieperiodes in een jaar zijn voor Burgers’ Zoo extra interessant omdat mensen dan de vrije tijd en mogelijkheden hebben om een dierenpark te bezoeken en bovendien in de stemming zijn om gezamenlijk leuke dingen te ondernemen. Concreet gaat het dan om de voorjaarsvakantie, de meivakantie, de zomervakantie, de herfstvakantie en de kerstvakantie in Nederland. Met name om vaste bezoekers te blijven prikkelen, is het belangrijk om telkens extra activiteiten aan te bieden die het dierentuinbezoek verrijken ten opzichte van een regulier bezoek aan het park. Daarnaast is de missie van Burgers’ Zoo gestoeld op vier belangrijke pijlers, die we extra willen laden: conservatie, educatie, onderzoek en recreatie. Evenementen moeten op logische, natuurlijke wijze passen bij de positionering, missie, visie en kernwaarden van ons park. Bewondering en verwondering voor dieren en natuur staan daarbij centraal, net als het feit dat we zo natuurlijk mogelijk willen werken en dierenwelzijn essentieel is.

Voorbeelden uit de praktijk

Het evenement Dino’s in the Zoo in de herfstvakantie past uitstekend bij Burgers’ Zoo: de bewondering en verwondering voor deze reusachtige reptielen biedt interessante mogelijkheden voor een educatief verhaal over het ontstaan van de dinosauriërs, hun leefwijze, verschijningsvormen en ontwikkeling. Maar ook bijvoorbeeld hoe in het tijdperk van de dinosauriërs de eerste zoogdiersoorten ontstonden en de overeenkomsten tussen de dino’s en de vogels en reptielen uit de moderne tijd. Beleving staat centraal in de filosofie van Burgers’ Zoo en daarom passen de levensechte, meterslange en metershoge dinosauriërs die in veel gevallen brullen en bewegen goed in dit verhaal. De avontuurlijke verwondering en verrukking van de jonge en oudere bezoekers vormt een ideale voedingsbodem voor een interactief educatief verhaal, waarbij jong en oud spelenderwijs een hoop informatie tot zich nemen. Voor abonnementhouders die de events gratis mogen bezoeken, vormen de dinosauriërs een extra prikkel om weer eens naar Burgers’ Zoo te gaan, terwijl ook dagbezoekers nieuwsgierig een kijkje komen nemen vanwege de tijdelijke aanwezigheid van de dino’s.

Een tweede voorbeeld de kracht van events bij het versterken van de beleving en het uitdragen van de educatieve boodschap van Burgers’ Zoo. In de zomervakantie organiseren we jaarlijks in ons zakelijke congrescentrum, het Safari Meeting Centre, circa zes weken lang dagelijks een educatieve, avontuurlijk musical voor kinderen. Zoë en Silos zijn twee hoofdpersonen, die allebei een enorme passie voor dieren en natuur hebben en zeer avontuurlijk en leergierig zijn ingesteld. In de eerste musical sloten we qua thema aan bij Burgers’ Ocean en beleefde Zoë een spannend avontuur in de diepzee, waarbij ze heel veel over de daar levende wezens leert. In de tweede musical werd Burgers’ Mangrove geïntroduceerd en ervaarden de kijkers hoe bijzonder en belangrijk dit natuurgebied is, waar dieren als zeekoeien, krabben en vlinders leven. En in de derde musical stond Burgers’ Desert centraal om meer begrip en beleving voor de fascinerende flora en fauna van de rotswoestijn van Arizona te creëren bij de bezoekers. Niet alleen werden de musicals hoog gewaardeerd, zo bleek uit onderzoek, maar ook gaf ruim 85% van de respondenten aan ook daadwerkelijk wat geleerd te hebben.

Congresverslag #KJ18

Geen bamboe-etende panda’s dit keer, maar door de Bush van Burgers’ Zoo voor de nieuwe editie van het Kids en Jongeren Marketing Congres. Een dag met veel inspirerende keynotes en boeiende praktijkvoorbeelden, op een toplocatie.

Welke take-aways ik mee naar huis nam, behalve dat een hoektag toch écht minderwaardig is aan een oogtag? Dat lees je hieronder.

  1. Content is queen, algoritme is king

Dankzij technologie kan iedereen kan goede en betaalbare content maken en die online zetten. De strijd om de minuten op YouTube is in volle gang en de concurrentie hevig. Om de kijkers naar je YouTube-kanaal te trekken en ze daar te houden, is het belangrijk om je video de juiste tags en thumbnails mee te geven en te kijken welke titels goed scoren. Wordt er op een tag niet veel gezocht, dan vervang je hem door een andere tag die beter presteert.
Overigens hebben veel organisaties één kanaal op YouTube voor al hun video’s, maar daar wordt dat kanaal een vergaarbak van video’s mee.

  1. Generatie Z zijn géén millennials 2.0

Generatie Z, de kinderen en jongeren van nu, wordt al jong geconfronteerd met de wereld, wordt op jongere leeftijd al volwassen(er) en is daardoor realistisch. Als bedrijf doe je er dus goed aan om deze doelgroep te helpen met het maken van verantwoorde keuzes. Verder heeft deze generatie een ‘make it happen’-mentaliteit, ze geloven heilig in de maakbaarheid van hun eigen succes. Dit betekent dat je als bedrijf DIY-oplossingen moet bieden, zodat jongeren zelf op onderzoek uit kunnen gaan en kunnen gaan ontdekken. Tot slot omarmt Gen Z massaal diversiteit, is tolerant en heeft niets met stereotyperingen. Als merk doe je er dan ook goed aan deze diversiteit te omarmen en stereotyperingen overboord te gooien. Zo huurde Maybelline een mannelijke beauty vlogger in om mascara aan de man te brengen en introduceerde Barbie nieuwe modellen om af te stappen van de standaard blonde, überslanke pop.

  1. Onderscheid influencers die je betrekt in je campagne

Als je doelgroep op social zit, is het werken met influencers interessant. Allereerst kijk je dan natuurlijk welke influencers dezelfde waarden delen als jouw bedrijf. Daarnaast ga je op zoek naar een mix van bereik, geloofwaardigheid en interactie. Daar komen verschillende types influencers om de hoek kijken. Elke influencer begint als micro-influencer: Hij is gepassioneerd en heeft veel interactie met zijn followers. Zodra zijn schare volgers groter wordt en groeit tot tienduizenden fans, wordt hij influencer en gaat hij commerciële samenwerkingen aan. Top-influencers hebben een nog grotere fanbase, en dus een mega-bereik. Door de omvang neemt de interactie met het publiek wel af, net als de geloofwaardigheid omdat alle activiteiten op commerciële basis zijn. In je strategie kun je dus kiezen voor een micro-influencer die zorgt voor continue aandacht, geloofwaardigheid en interactie, en een top-influencer die je kunt inzetten als je een groot bereik wil behalen.

Besteed dus zeker aandacht aan je strategie en content, maar hou daarnaast in het achterhoofd dat kinderen en jongeren altijd op zoek zijn naar sociale bevestiging. Social media faciliteren dit en zijn daarom zo populair. Stel je zelf altijd de vraag wat je aan extra waarde brengt aan deze doelgroep om ze in de zoektocht naar bevestiging te helpen.

Deze take-aways nam ik mee uit de keynotes van Omar Kbiri (Maak), Aljan de Boer (Trendsactive), Rutger van den Berg (Youngworks) en Rocco Stallvord (First)

Auteur: Cathelijne van den Bosch. Gastblogger voor het Kids en Jongeren Marketing Congres.

XITE: de ideale cross-over tussen TV en online

Een zender met enkel muziekvideo’s. Dat is nou niet wat je direct vernieuwend noemt. En toch weet XITE een vernieuwend muziekvideoconcept neer te zetten. En met ongekend succes. Van een puur Nederlands merk is het uitgegroeid tot een zender van wereldklasse die door jongeren in landen als Duitsland, België, Canada, Qatar en sinds kort ook de VS wordt grijsgedraaid. En dat laatste kan geen enkele Nederlandse partij zeggen. Een echte pionier uit onze eigen polder dus.

Manon Fennis staat sinds twee jaar aan het roer van de marketingafdeling als Marketing Director. Voor het succes van de zender weet zij een aantal redenen te noemen. “Wij hebben een erg jong team, de gemiddelde leeftijd is 28. Je kunt dus zeggen dat we bijna allemaal nog echt de doelgroep zelf zijn (18-24). Stagiaires hebben bij ons ook heel veel inspraak omdat zij echt midden in onze doelgroep zitten. Vinden zij een video helemaal geweldig en leeft het ook bij hun vrienden heel erg, dan heb je kans dat we die video vaker gaan laten zien. Ook al vindt onze music director het misschien helemaal niks. Er wordt dus echt geluisterd naar wat er speelt in de doelgroep.”

De brug tussen TV en online

Daarnaast weet XITE een goede brug te slaan tussen TV en online. XITE is eigenlijk je gepersonaliseerde TV-zender. Fennis: “Natuurlijk start alles met een lineaire zender maar bij Ziggo kun je onze zender zelf bedienen. In de settopbox zit een soort app waarmee je XITE bedient. Dan bepaal je dus precies welke clip je wel of niet wilt zien. Daarnaast maakt onze muziekredactie playlists die je via verschillende themachannels te zien krijgt. Daar hoef je niks voor te doen. En die lijsten worden continu bijgewerkt.”

XITE Awards

Het grootste succes van de zender zijn toch wel de XITE Awards. De jaarlijkse award show in november is een perfecte afsluiter van een langer lopende campagne. Bij die campagne wordt de XITE-kijker echt betrokken. “We doen regelmatig onderzoek naar wat onze doelgroep wil, en daar kwam uit dat zij beleving willen en hoe krijg je dat beter dan met een event waar jij als kijker in charge bent. Onze kijkers bepalen wie er wint en daarnaast is de award show echt een feestje. Het is niet zo scripted als wat je gewend bent van andere zenders en formats”, vertelt Manon. “Wij richten ons op mainstream muziekvideo’s. Dus je ziet bij ons veel hits maar ook veel nieuw talent dat wij ook durven te draaien. En ook van hen krijgen we veel steun terug.”

In de aanloop naar de awards worden de XITE-kijkers aangemoedigd om met de zender in gesprek te gaan. Zij bepalen mee welke interviewvragen aan artiesten gesteld worden, zij bepalen wie er wint, wie de beste fans heeft enzovoorts. Door die interactie op te zoeken, wordt XITE een zender die niet alleen goed is op TV maar ook een die via de socials van de jongeren binnendringt in hun wereld. En jongeren laten XITE ook maar wat graag toe. Dat komt ook zeker door de kwaliteit van de content die door de zender wordt geproduceerd. Hun eigen productieteam maakt content voor de zender maar ook video’s in opdracht van merken. Op TV hanteert XITE de stelregel dat de content daar niet langer dan een muziekvideo mag duren. Wil je meer zien van de content die je op TV hebt gezien dan moet je door naar het YouTube-kanaal. En zo worden kijkers naadloos van het ene medium naar het andere gestuurd.

Twitter is helemaal niet populair

En dat kan soms een heel ander medium zijn dan je door de doelgroep of de hype zou verwachten. Fennis: “Als je de statistieken moet geloven dan is Twitter helemaal niet populair bij jongeren. En toch zitten wij daar fanatiek op. Weet je waarom? De grootste fanbases van artiesten vind je op Twitter. Voor hen is dat een makkelijk medium om met elkaar in contact te komen, content te liken, te delen, en te reageren. Wij zagen in de aanloop naar de XITE Awards bijvoorbeeld dat Twitter in Brazilië helemaal losging op de best fan award. Want de fanclub van Justin Bieber had gehoord dat hij genomineerd was. Dat is iets wat je gemakkelijk over het hoofd zou zien als je enkel luistert naar de hypes. Je moet als merk dus altijd kijken wat bij jou past en wat vooral bij je doelgroep past.”

En met zoveel waarheid kunnen we het niet anders dan eens zijn. Dus wil je meer horen van Manon Fennis en haar ervaringen bij XITE, zorg dan dat je aansluit bij haar sessie op Kids en Jongerenmarketing.

Rabo’s zakgeld-app PinPin geeft kinderen weer een gevoel bij geld

Financieel zelfredzaam worden, daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen. Catelijn Schönfeld is lead marketeer Jonge Klanten bij Rabobank. Op het Kids en Jongeren Marketing-congres vertelt ze over Rabo PinPin, de succesvolle zakgeld-app van de bank rond een pinguïn-figuurtje dat kinderen weer een gevoel geeft bij geld.

Het begon met de constatering dat steeds meer ouders zakgeld voor hun kinderen digitaal overmaken. ‘Dat er überhaupt zakgeld wordt gegeven is supergoed, maar digitaal zakgeld levert ook een probleem op’, legt Catelijn Schönfeld uit. ‘Voorheen was zakgeld tastbaar en kreeg je het door je ouders in je hand gedrukt, misschien wel op een vast tijdstip. Bij overmaken zien kinderen het geld niet meer en is het transactiemoment weg. Ouders en kinderen praten er dus ook niet meer over. Hun besef en bewustzijn van wat geld is en waar het voor staat, wordt teniet gedaan.’ Niet bevorderend voor de financiële zelfredzaamheid dus, waar je volgens Schönfeld niet vroeg genoeg mee kunt beginnen. ‘Het missen van financiële educatie kan later weer problemen veroorzaken doordat ze minder goed met geld kunnen omgaan dan kinderen die deze financiële educatie wel hebben gehad.’

Uit het ei

Eisen dat ouders hun kinderen contant zakgeld geven zou een beetje vreemd zijn voor een bank die zelf ook steeds digitaler wordt. Schönfeld: ‘Dat gaan we natuurlijk niet doen. We zijn juist gaan kijken hoe we digitale techniek konden gebruiken om dit probleem tegen te gaan.’ Dat resulteerde in zakgeld-app Rabo PinPin, waarmee kinderen op een makkelijke manier, door middel van augmented reality, kunnen zien wat ze in hun spaarpot hebben zitten én wat ze op hun rekening hebben staan. Daarnaast kunnen ze aangeven waar ze voor sparen; ze krijgen een melding wanneer ze het bedrag bij elkaar hebben.

Centraal staat het pinguïnfiguurtje PinPin, dat bij de start van het gebruik van de app uit het ei komt. Net als tamagotchi’s vroeger, moeten de kids het diertje verzorgen, zodat het uiteindelijk een volwassen pinguïn wordt. Ondertussen kunnen er door middel van augmented reality spelletjes gedaan worden met PinPin waarmee de kennis over geld wordt vergroot. Ook kunnen ouders meekijken en acties uitvoeren via de app, bijvoorbeeld het geven van extra ‘pegels’, het virtuele geld waarmee gespeeld wordt in de app.

Relevant voor kinderen

PinPin is volledig bedacht en ontwikkeld vanuit de doelgroep: kinderen van 6 tot 12 jaar. Exemplarisch voor hoe Rabobank kids en jongeren benadert in zijn marketing. En een stijlbreuk met hoe het eerder ging. Schönfeld: ‘We hebben lang gedacht dat we producten gericht op kinderen via de ouders aan de man moesten brengen. Daar zijn we de afgelopen jaren echt van teruggekomen. Als je wilt dat kinderen zo’n app gebruiken, moet je zorgen dat de inhoud relevant is voor kínderen. De ouders gaan dan vanzelf mee. Zij zijn natuurlijk wel belangrijk, ze nemen uiteindelijk de beslissingen. Maar we kiezen scherp voor de doelgroep. Dat zagen we ook terug bij Passi, onze pinpas voor jongeren van 12 tot 18 jaar. Daarbij hoorden we van volwassenen terug: “Dit spreekt mij totaal niet aan.” Dat klopt, dacht ik dan, want het is ook niet voor jou bedoeld. We willen niet dat jongeren nog het idee hebben dat ze in het keurslijf van de ‘volwassen’ Rabobank moeten passen. Dat spreekt ze gewoon niet aan, kwam uit klantonderzoek naar voren. We hebben onze benadering dus echt omgegooid en gekozen voor segmentatie op jongeren. Kies en je wordt gekozen.’

Jongerenbank

Ook qua organisatie heeft de bank de daad bij het woord gevoegd; inmiddels leidt Schönfeld een team van gemiddeld zo’n tien mensen, afhankelijk van hoeveel projecten er lopen. ‘Wij doen als team alle marketing gericht op jonge klanten. Alle expertises zijn bij ons vertegenwoordigd: van content design tot graphics maken en van analyse tot meer praktisch marketing-communicatiewerk. Het is mooi dat de bank de jonge doelgroep zo extreem heeft omarmd en er het budget voor uit heeft getrokken. Niet vreemd ook, want we hebben 1,8 miljoen jongeren als klant in de boeken. Die positie en ons imago als jongerenbank willen we koesteren. Je moet in deze doelgroep ook voor de lange termijn investeren. Niet denken dat het genoeg is om op één moment in de tijd verbinding te leggen; daar moet je tijd en geld in blijven investeren, het is een doorgaand proces.’

Niet sexy

Factor van betekenis daarbij is ook dat kinderen en jongeren niet de makkelijkste doelgroep vormen voor een bank. Schönfeld: ‘Sowieso zit je met strenge wet- en regelgeving uit de hoek van de Reclame Code Commissie en zeker de vernieuwde privacywetgeving. Maar daarnaast ben je als bank ook niet echt “sexy”. Er ligt zeker een uitdaging om dat beeld te keren. Maar geld is voor elk kind interessant en belangrijk, dus dat gegeven grijpen we aan om te beginnen met de basis voor hun financiële zelfredzaamheid.

Schönfeld is tevreden met het resultaat van Rabo PinPin sinds de start afgelopen najaar. ‘We zijn er nog niet en ontwikkelen nog door met hulp van feedback van onze klanten. We willen nóg meer interactie tussen kinderen en ouders, en bijvoorbeeld een mogelijkheid om ook grootouders aan de app te koppelen. Voor ons was het vooral belangrijk om in het begin de juiste toon aan te slaan. En die hebben we zeker gevonden.’

Bij influencers gaat het niet langer om het aantal volgers

Enzo Knol en Anna Nooshin lijkt iedereen wel te kennen als het schoolvoorbeeld van influencers. Maar deze mensen gaan het wat moeilijker krijgen. Dat blijkt uit een onderzoek van Launchmetrics. Het bedrijf dat gespecialiseerd is in software voor data analyse heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar het gebruik van influencers door grote merken. En wat blijkt? De mega-influencers (met tussen de 500.000 en 1,5 miljoen volgers) vinden er steeds minder aftrek.

Content belangrijker dan aantal volgers

Merken geven aan liever te werken met infl uencers die tussen de 10.000 en 100.000 volgers hebben. Ook social goden die tussen de 101.000 en 500.000 volgers hebben, kunnen op meer steun rekenen dan de echt grote jongens. Hoe komt dat nou? Merken vinden dat influencers met minder volgers meer impact kunnen maken op de volgers die zij hebben omdat er een veel directere communicatie is. Daarnaast hechten ze veel waarde aan de content die wordt gemaakt. Daarbij gaat het dan niet eens om het aantal interacties op de content maar juist om de kwaliteit van de content. En met die content hopen merken juist millennials te bereiken.

ING wist dat al lang

Het grappige is dat tijdens Kids en Jongerenmarketing in 2017 Thijs Jaski van ING al over dezelfde inzichten berichtte. Ook zij kiezen bewust voor kleinere influencers omdat ze zien dat de impact daar vaak groter is en de volgers loyaler zijn.

Influencer database 

Eerder meldde SocialBrands dat zij een voor iedereen toegankelijke database hebben met influencers. Je kunt daarin precies zien welk bereik je krijgt tegen welke kosten. De influencers schrijven zich in op onderwerpen waar zij invloed op uit kunnen oefenen en als bureau of merk kun je vervolgens zelf met hen afspraken maken. Je krijgt, als je met elkaar in zee gaat, vervolgens real-time resultaten van je campagne zodat je kunt bijsturen waar nodig.

Kijkend naar de database zie je dat er allerlei soorten influencers staan met ook allerlei soorten bereik, van een paar honderd volgers tot tonnen volgers. Wellicht ook een mooie kans om hieruit al de nieuwe Anna Nooshin te scouten of de volgende Enzo Knol binnen te hengelen voor hij te groot wordt.

Onze verzorgers zijn onze journalisten, hún verhalen willen mensen horen

Marketingmanager Tim Lammers heeft er zin in: op 11 juni is hij host en geeft hij een presentatie op het Kids en Jongeren Marketing Congres in zijn thuisbasis Burgers’ Zoo. ‘Ik ben vooral trots op hóé we ons verhaal vertellen.’

Je staat op het punt om te vertrekken naar Belize, in Midden-Amerika. Wat ga je daar doen?

‘Ik ga een marketingplan schrijven om het ecotoerisme in ons natuurgebied daar te bevorderen. Dat gebied is al 29 jaar in ons beheer, en inmiddels is het zes keer zo groot als de Hoge Veluwe. Op een luchtfoto herken je het zo, omdat alles wat eromheen ligt is weggekapt. We hebben vorig jaar een nieuw deel van het park geopend: de mangrove. Dat is gebaseerd op dat natuurgebied.’

Een nieuw ecosysteem dus, na de bush, de desert en de ocean.

‘Precies, en ook deze past in onze doelstelling om ‘ecodisplays’ te laten zien. We staan voor bewustwording, dus we willen mensen het hele systeem, de hele omgeving laten zien waar een dier in voorkomt. Je ziet het ook in onze huisstijl en ons logo: daar staan de dieren ook niet los in, maar maken ze deel uit van hun omgeving, van hun habitat. Wat we ook niet doen: het vermenselijken van dieren. Ze krijgen bij ons geen namen en hebben geen vaste voedertijden. We willen gewoonweg geen geconditioneerd gedrag.’

Je werkt nu ruim vijf jaar als marketingmanager voor Burgers’. Is er veel veranderd in de tussentijd?

‘Ik was de eerste die de functie ‘marketeer’ op z’n visitekaartje had staan. Natuurlijk werd er wel aan marketing gedaan, anders blijf je als ongesubsidieerd familiebedrijf niet honderd jaar gezond. Maar marketinggericht denken was tot een paar jaar terug niet de gewoonte in de dierentuinsector; daar zag iedereen elkaar meer als collega’s die samen populaties en bloedlijnen in stand moesten houden. Dat is ondertussen wel een beetje veranderd. Bij Burgers’ Zoo zijn we ons gaan richten op het vertellen van verhalen en het uitdragen van ons ‘why’: waarom zijn we er en doen we wat we doen? Belangrijkste middel om dat doel te bereiken is dat we de rol van uitgever hebben aangenomen. Onze strategie is onze bladformule, die hebben we uitgebouwd tot een consistent verhaal. Je ziet het ook in de bezetting van ons team. We doen het met z’n drieën: iemand zorgt dat we genoeg ‘lezers’ hebben, iemand is hoofd- en eindredacteur, ik ben uitgever en daarnaast hebben we een groot aantal freelance journalisten: dat zijn onze dierverzorgers. Want hun verhalen willen mensen uiteindelijk horen.’

Op welke doelgroep richten jullie je?

Qua leeftijd gemiddeld een stukje hoger dan veel concurrenten. Jonge ouders zijn bijvoorbeeld ook een belangrijke doelgroep, en grootouders ook. Maar een serie als Zoë en Silos (kinder- en liedjesserie op YouTube en RTL’s Telekids, red.) maken we weer specifiek voor kinderen. En we zijn een paar jaar geleden als een van de eerste merken in Nederland gaan vloggen. Dat is natuurlijk ook gericht op een bepaalde leeftijdscategorie.’

Waar zijn jullie op dit moment mee bezig?

‘We proberen onze content steeds meer 1-op-1 aan te laten sluiten op onze bezoekers. Bijvoorbeeld door het meten van klikgedrag vanuit de nieuwsbrief en data uit de website en onze social kanalen. Uiteindelijke doel is: ben je gek van aardvarkens, dan krijg je nieuws over aardvarkens. Binnen onze content is video steeds belangrijker geworden. We doen heel veel op YouTube; we bieden livestreams, 360 graden-video’s, vlogs. We gaan nu ook een videoproducer aannemen. Met video kunnen we laten zien waarin we ons onderscheiden van andere parken: onze omgeving, onze ecodisplays. En we zijn voor de derde keer bezig met het ontwikkelen van een musical, die weer zes weken gaat draaien. Iets extra’s voor bezoekers, mét een educatieve laag.’

Bij welke Burgers’ Zoo-content bekruipt je een gevoel van trots?

‘Ik ben vooral trots op hóé we het doen. We brengen niet alleen goed nieuws, maar we proberen te laten zien hoe de natuur in elkaar zit en willen daar transparant en eerlijk in zijn. Zo beet afgelopen december een mannetjesleeuw een vrouwtjesleeuw dood voor de ogen van de bezoekers. Dat was een heftig moment. Je kunt vervolgens twee dagen de pers goed te woord staan en het daarbij laten, maar wij kiezen er juist voor om een week later nog met een verhaal te komen over die leeuwen: waarom deden ze dat nou? Ook gebeurd: tijdens een livestream waar duizenden mensen naar keken werd een neushoorntje dood geboren. We laten op die manier zien dat de wereld niet maakbaar is.’

Burgers’ Zoo opende vorig jaar de mangrove. Jullie waren niet de enige die met zo’n groot project op de proppen kwam. Ouwehands had de panda’s en in Emmen werd een compleet nieuwe dierentuin geopend: Wildlands Adventure Zoo. Merkten jullie daar veel van?

‘We hebben een fantastisch jaar gedraaid; we hadden 113.000 bezoekers meer dan in 2016, op een totaal aantal van meer dan een miljoen. Ik hou me eigenlijk ook niet zo bezig met de concurrentie. Ik kijk wel naar de branche als geheel, want je bent zo goed als je slechtste concurrent. Gelukkig hebben we in Nederland fantastisch mooie dierenparken, daar mogen we echt trots op zijn. We doen zelf ook steeds meer om onze inkomsten te verbreden. Neem bijvoorbeeld ons Safari Meeting Center. In de drukke periodes gebruiken we het voor events voor dagbezoekers, bijvoorbeeld musicals. En in de minder drukke periodes kunnen bedrijven en instellingen er terecht voor congressen en bijeenkomsten. Het is uitgevoerd in Oost-Afrikaanse stijl, met lodges met zicht op bush. Net als ons park is het helemaal doorgethematiseerd, met een prachtig auditorium en foyer waar je mensen kunt ontvangen. En de catering is echt verbazingwekkend goed.’

Wat ga je vertellen tijdens je presentatie?

‘Ik ga het hebben over video. En wat ongetwijfeld ook aan de orde komt is de contentgedachte. Marketeers denken nog vaak vanuit een ‘probleem’ dat er ligt. Hoe verkoop ik een X-aantal kaartjes? Nou, in ieder geval niet door te zeggen dat mensen je kaartjes moeten kopen. Kijk naar Linda.: daar weten ze precies op elk platform het gewenste publiek te bereiken. Omdat de mensen erachter weten wat het publiek op die plek wil horen, zien of lezen. Dat is ook hoe wij werken: vanuit een uitgeefgedachte: 99 van de 100 keer zit er geen commerciële boodschap in onze uitingen. Vertel waaróm je er bent op deze wereld, zo simpel is het! En uiteindelijk zijn wij op de wereld om mensen bewuster te maken van de schoonheid van de natuur.’

Lees alles over het Kids en Jongeren Marketing Congres – 11 juni: Burgers’ Zoo

Congresverslag: minder tjappie, meer emotie

Het Kids en Jongeren Marketing Congres bood ook dit jaar weer een mooie verzameling inspirerende sprekers en cases, met als extraatje: twee panda’s die vrolijk wat kilootjes bamboeblad naar binnen werkten. Locatie was namelijk Ouwehands Dierenpark. Drie lessen over (marketing)communicatie met jongere doelgroepen die ik in mijn goody bag kon stoppen.

  1. Niks tjappie

Pubers en jongvolwassenen waarderen het veel meer als je gewoon op je eigen manier met ze praat en ze niet aanspreekt met – bijvoorbeeld – ‘tjappie’. In plaats van je taalgebruik krampachtig aan te passen, is het zaak om te weten welke vragen er bij hen spelen rond jouw product of dienst. Hou het op de inhoud dus. Wil je jongeren activeren om vrijwilligerswerk te gaan doen? Vraag je dan af waarom ze dat nu niet doen en welke zaken ze onduidelijk vinden. Steek energie in het informeren van de twijfelaar. Zij vormen meestal het grootste deel van je doelgroep. In de praktijk richten marketeers zich vaak op lovers (maar zij zijn al geïnteresseerd) en haters (maar die blijven toch wel haten). Kies een taal en kanalen die bij jou passen. Dumb Ways To Die op YouTube: vet*. Een SWTD-imitatie door de provincie Zeeland? Niet.

*dat woord werd al gebruikt toen deze flat aged blogger zelf ooit jongere was, dus mag het.

  1. Meer emo dan ratio

Sluit aan op de levensfases van jongeren en het gedrag dat daarbij hoort.
Pubers en jongvolwassenen zijn geen aliens, maar eerlijk is eerlijk: ze zijn soms lastig te interpreteren. Een dag geen woede-aanval is een dag niet geleefd. Allemaal heel logisch te verklaren: hun emotionele ontwikkeling is nog in volle gang, en de remmen die bepaald gedrag beteugelen, zijn nog niet aanwezig in het puberbrein. Communiceer wat je te vertellen hebt dus niet alleen op een rationele manier; dat komt amper binnen. Speel in op hun gevoelswereld en maak het hyper-persoonlijk. Duidelijk maken waarom een studie in technische richting een goede keus kan zijn? Laat dan zien hoe groot de impact van techniek is op hun leven nu en biedt ze een instant prikkel. Ooit gehoord van de lifestyle scan?

  1. Laat jongeren jouw influencers zijn

Pubers en jongvolwassenen zijn gewend om snel hun mening te geven, en die geven ze maar wat graag. Zijn ze niet blij met je service, dan laat 70 procent van de Nederlandse jongeren dat aan vrienden weten. Dat werkt ook de andere kant op: je doelgroep denkt zeer waarschijnlijk graag mee over hoe je je product kunt verbeteren. Kijk bijvoorbeeld naar RTL, dat de online community Welovevideo gebruikt als platform om feedback te verzamelen over zijn on- en offline content. Van speeddates met programmamakers tot polls over sponsoracties: de doelgroep denkt mee. Belangrijk bij het inschakelen van de doelgroep als influencer: zie jongeren niet als heilige graal waaruit je je kunt laven aan de bron van de Eeuwige Jeugdmarketing. Ze vormen een versplinterde groep, zowel qua leeftijd als leefstijl. Een groot deel keert zich in deze tijd met veel veranderingen ook nog eens meer in zichzelf: het eigen leven op orde hebben is belangrijk in een veeleisende wereld met ook nog eens de nodige bedreigingen.

Kortom: pas je bij kids- en jongerenmarketing aan op wat er speelt en laat je daarbij inspireren door de doelgroep, maar vertel vooral je eigen verhaal in je eigen taal.

Inspiratie voor deze blog haalde ik uit de presentaties van: Joeri Van Den Bergh (InSites Consulting), André Merlijn (Bureau Coen), Kelly Batist (RTL), Rutger van den Berg (Youngworks), Thijs Jaski (ING).

Congresverslag: Hoe val je op bij jongeren?

Jongeren zijn ook maar mensen

Als je het over jongerenmarketing hebt, lijken we er altijd van uit te gaan dat het een apart soort doelgroep is die met de hoogst mogelijke voorzichtigheid benaderd moet worden. Geen jongerentaal, want boven de 18 kun je dat niet meer. Geen hippe afbeeldingen want dan pak je ook net het verkeerde plaatje. Maar wat dan wel? Ik toog naar Kids en Jongeren Marketing Congres in Ouwehands Dierenpark in Rhenen en weet je wat? Jongeren (en kids) zijn gewoon mensen. Die we ook nog eens als mensen moeten benaderen. Je zou bijna gaan denken dat dat best te doen is.

Informatie overload en agility

Maar goed, kinderen en jongeren van nu leven in een heel andere wereld dan toen wij jong waren. Joeri van den Bergh, NextGen Expert van InSites Consulting, wist de nieuwe generatie goed te duiden. Kinderen van nu hebben continu toegang tot informatie en weten daardoor ook vaak meer dan wij op die leeftijd. Die overload aan informatie zorgt dat ze een agile mindset hebben. Op micro-niveau gaat het hen enkel om henzelf. Ze willen uniek zijn. Ze willen het zelf doen en dan kom je al gauw uit op hyper personalisatie. Producten moeten helemaal aansluiten bij de wensen en leefwereld van de gebruiker. Kijken jongeren naar de wereld om hen heen dan gaan ze voor de lange termijn levenscyclus. Ze kijken dan naar wat zij voor de wereld kunnen doen. Bio-afbreekbare producten zodat we straks ook nog natuur hebben, bijvoorbeeld. Door al die informatie en al die zenders is het dringen voor de aandacht van jongeren. En daarbij zoekt Gen Z niet naar merken. Ben je gek, joh. Merkentrouw is verleden tijd. De jongere van nu wil een oplossing voor zijn probleem. Het maakt daarbij niet uit wie met die oplossing komt. Als diegene maar de snelste en de eerste is met die oplossing.

De ideale reality show

Om dat voor elkaar te krijgen, zullen bedrijven precies moeten weten wie hun klant is. Zo kunnen ze al anticiperen op de wens van de consument en zijn hartje veroveren. En wanneer staan ze daar het meest voor open? Juist, als ze lekker aan het chillen zijn. Ontspanning voor Gen Z is reality. Vloggers, Instagrammers en bloggers zijn voor hen de ideale reality show. Het zijn echte mensen, zoals zij, die dingen meemaken. Influencers zijn daardoor aspirationeel. Wat ze daarvan bij ING merkten was juist dat de ‘kleinere’ influencers betere resultaten leveren dan de ‘grote’ jongens. Bij de influencers met heul veul volgers zie je dat het heel veel mensen zijn die volgen omdat iedereen bijvoorbeeld Enzo Knol volgt. De kleinere volgtroepen zijn loyaler en kijken ook echt naar wat hun influencer doet en laten zich daardoor beïnvloeden en overhalen. Daarbij wist Thijs Jaski van de bank wel te melden dat influencers grillig zijn en het soms lastig is om harde afspraken te maken. En dan kun je vaak je rigide content kalender weer het raam uit kieperen. Geen probleem natuurlijk maar dat moet je je wel van tevoren beseffen.

Niet alleen focussen op het eindproduct

Voor jongeren is natuurlijk je eindproduct leuk. Maar laat vooral ook zien welke weg er naartoe is afgelegd. Ook dat is iets wat jongeren leuk vinden. Doordat ze visueel ingesteld zijn, kun je dus denken aan ‘making of filmpjes’, interviews met de betrokkenen, of zoals ze bij Kinderen voor Kinderen doen: filmpjes van de repetities. De populariteit van die filmpjes en de stemmen van fans bepalen uiteindelijk welke nummers in de uiteindelijke TV show te zien zijn. De doelgroep van Kinderen voor Kinderen begint bij kinderen van zo’n vier jaar. En zelfs hierbij zie je al dat zij geïnteresseerd zijn in alles wat ook achter de schermen gebeurt. Hetzelfde geldt voor PSV. Ook zij proberen fans van jongsaf te kweken. Eerst natuurlijk via de ouders maar later gericht op het kind zelf. Heeft iemand een voorkeur voor een bepaalde voetbalclub ontwikkeld, dan switchen ze niet gauw meer. Natuurlijk ligt het anders bij alledaagse gebruiksvoorwerpen maar als je kijkt naar een merk als PSV zullen ook zij steeds moeten zorgen dat hun fans loyaal blijven. En dat doen zij door alomtegenwoordig te zijn. Zowel offline als online en ook zo dicht mogelijk op de belevingswereld van de supporter.

Leve het puberbrein!

Youngworks keek nog eens goed naar pubers en deed dat vanuit drie invalshoeken; biologie, sociaal emotioneel en omgeving. Jongeren zijn relatief emotionele wezens met een nog niet zo goed ontwikkelde rem. Ze kunnen hun emoties nog niet zo goed reguleren. Door die emoties voelen zij zich ook aangesproken door boodschappen die juist op die emoties inspelen. Daarnaast zijn ze ook impulsief en experimenteel. Ze doen de gekste dingen om goedkeuring te krijgen van hun leeftijdsgenoten. Met je boodschap moet je dus ook op dat beloningsdeel inspelen.

Sociaal emotioneel gezien willen jongeren erbij horen. Houd dus rekening met onderlinge verbinding van jongeren. Zijn het beginnende pubers dan willen ze juist graag bij de groep horen. Pas vanaf een jaar of 15 gaan ze zich afzetten. Als je dan als merk geen authentiek verhaal hebt, kun je het vergeten. Begin twintig lijken de jongeren volwassen en zijn ze een individu maar nog steeds kunnen ze onvolwassen reageren. Houd daar ook nog steeds rekening mee. Ook hun omgeving blijft belangrijk. Slechte ervaringen worden zo snel en zo breed mogelijk gedeeld. Bedrijven als Facebook zijn daarnaast eng voor de privacy maar omdat ze er op zekere manier afhankelijk van zijn, delen ze toch hun gegevens. Ze begrijpen dan ook prima dat bedrijven uiteindelijk iets met die gegevens gaan doen.

Samengevat kun je dus zeggen dat jongeren niet gek zijn. Ze zijn hartstikke mediasavvy en weten ook prima dat bedrijven ze willen overhalen voor hen te kiezen. Wil je dat ze voor jou kiezen dan zul je dus je best moeten doen. Een goed verhaal helpt je, maar hun belevingswereld begrijpen en hen helpen waar ze hulp nodig hebben maakt je als merk des te toegankelijker. En wil je het hart van de jongere voor je winnen dan is dat in ieder geval stap 1. De rest volgt dan vanzelf.

5 tips om het meeste uit het congres te halen

  1. Bereid je voor: als je naar een congres gaat, bekijk dan van tevoren welke sprekers er zijn en lees de beschrijving van hun verhaal. Een mooie bedrijfsnaam betekent niet altijd automatisch ook een mooi verhaal. Kijk echt welke onderwerpen bij jouw belevingsmoment van dat moment passen om zo te zorgen dat je informatie krijgt die nuttig voor je is.
  2. Probeer van iedere spreker concreet iets mee te nemen: soms hoor je niet direct iets nieuws. De kunst is dan toch om je te laten verrassen. Zoek actief naar een haakje. Dat kan zijn een website die ze noemen, die je toch eens wilt gaan bekijken maar het kan ook zijn dat je gaat bedenken wat jij anders zou hebben gedaan in hun situatie. Of dat je juist het verhaal van hen op je eigen situatie betrekt. Op die manier kun je op meerdere manieren naar een spreker kijken. Het kan ook gewoon zijn dat je denkt ‘wat een leuk mens, die wil ik leren kennen’. Stap er op af en haal er zo ook iets moois uit namelijk een nieuw contact. En dan komen we meteen bij punt 3.
  3. Netwerk: naast de sprekers lopen er vaak nog tientallen andere mensen rond met hele interessante verhalen. Soms lijkt het zo moeilijk om op iemand af te stappen maar op een congres kom je juist vaak makkelijker met mensen in contact. Ze staan er in ieder geval meer voor open. Zorg dus dat je in de zaal altijd naast iemand gaat zitten, dat maakt het eerste contact makkelijker. Sluit bij iemand aan voor de lunch en vraag wat zij van de dag vinden. Stel jezelf daarbij gerust een doel. Vijf nieuwe contacten op een dag levert je altijd iets moois op.
  4. Maak een verslag: Voor jezelf maar ook voor je collega’s is het interessant om te zien wat je belangrijkste bevindingen van de dag zijn. Voor jezelf is het handig omdat je je gedachten goed kunt ordenen. Voor je collega’s is het mooi omdat ze zo ook zien wat jij een hele dag gedaan hebt. En wellicht kunnen zij er ook nog inspiratie uit halen.
  5. Laat je verrassen: ga met een open blik naar een congres. Misschien zijn het niet alleen de sprekers die je verrassen maar is het juist de locatie. Ook je medecongresbezoekers hebben misschien wel de mooiste ervaringen en verhalen. Wees dus nieuwsgierig op zo’n dag en sta voor alles open. Zo eet je misschien een broodje dat je daarvoor nooit gegeten zou hebben of kom je zelf tot een nieuw actiepunt wat jouw hele carrière op zijn kop gaat zetten. Maar door verveeld te zitten twitteren op een stoel achterin de zaal is nog nooit iemand geïnspireerd terug gekomen van een congres. Beperk dus je online socials en treed naar buiten met een open blik.

De omgekeerde wereld; leren van je kids!

Vroeger leerde je van je oma gehaktballen draaien. Je vader liet je zien hoe je een gat in de muur boort en je moeder gaf je schoonmaaktips. En nu? Nu zit oma met haar smartphone te wachten tot kleinkind langs komt zodat hij/zij Facebook uit kan leggen. Moeder ziet hoe behendig dochterlief de leukste knutselprojecten op Youtube vindt en vader leert de cheats in zijn favoriete games van zijn zoon. We leven in een omgekeerde wereld. De jongste generatie gaat bepalen hoe de oudere generaties zich verder ontwikkelen.  

In de TedTalk van Jason Dorsey van The Center for Generational Kinetics gaat hij in op de misverstanden die er bestaan over de generaties. En dan met name over de generatie na de millennials. Dat begint al bij het feit dat het definiëren van een generatie lastig is. Je kunt niet uitgaan van twee ronde

jaartallen en iedereen die daarbinnen valt, vangen in een generatie. Dat is een. Ook het gedrag en de belevingswereld van een groep leeftijdsgenoten bepaald of zij tot de ene of juist de andere generatie behoren. Daarnaast ‘duren’ generaties ook steeds korter. Door nieuwe ontwikkelingen wordt het tijdvak waarbinnen je een generatie kunt vangen, korter. We gaan de komende jaren dus veel sneller een generatiewissel krijgen.  

Het wereldbeeld van iGen uitgelegd 

Dorsey weet een aantal treffende zaken te benoemen die bepalen hoe de jongste generatie naar de wereld kijkt en hoe het hun wereldbeeld vormt. Zonder teveel te verpesten, hij gaat in op drie trends. Diversiteit (kinderen van nu weten niet beter dan dat hun leven en de wereld om hen heen divers is), technologie (we zijn er van afhankelijk, maar weten niet hoe het werkt) en de nieuwe manieren van opvoeden.  

Bekijk deze TedTalk om meer te weten over de generaties die er aan gaan komen. En ook om te weten hoe zij ons (gaan) beïnvloeden.  

Kids en Jongeren Marketing blog website is van Euroforum BV. Privacy statement | Cookie statement | Copyright © 2021